- 31 -
16 juni 1983
Wethouder MENNE: Dat is correct.
Heer VAN DEN BRAKEL: Ik meen dat ik net heel duidelijk gesteld heb,
dat ik accoord kan gaan met dit voorstel, mits die 71.500,= niet uit
de sport, verenigingen, deelnemers betaald hoeven te worden, maar
dat er een andere mogelijkheid voor gevonden wordt. Anders ga ik niet
met dit voorstel accoord.
Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, ik wil toch nog even duidelijk
heid geven, voor zover die er niet allang was, met betrekking tot hetgeen
gesteld is onder 2A. Ik begrijp duidelijk dat, op het moment dat de
sport een voorstel indient om te komen tot die 100.000,= de punten
die onder 2A zijn gesteld ook bij de voorbereiding om te komen tot het
alternatief, betrokken mogen blijven.
VOORZITTER: Dan dacht ik dat nu de diskussie afgerond kon worden en dat
wij, met de kanttekening dat de heer Visser en mevr. Allard tegen zijn,
accoord kunnen gaan met deze gang van zaken.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, de heer
Visser en mevr. Allard worden geacht tegen te hebben gestemd.
V00RZITTER: Er wordt nog een opmerking gemaakt over 2A/2B, het is een
voorlopige keuze voor 2A, dat is duidelijk.
Er ontstond ook nog een vraag of de heer Van den Brakel vóór of tegen
het voorstel was.
Heer VAN DEN BRAKEL: Mijnheer de voorzitter, wij gaan nu een beslissing
nemen, wij geven de Sportstichting de vrijheid om op een andere manier
dat geld ergens vandaan te halen, via alternatieven die er eventueel
zijn - dat heb ik net ook van de wethouder begrepen -
VOORZITTER: Er staat wel een stok achter de deur. Men heeft de vrijheid
om met alternatieven te komen tot september. Als die alternatieven er niet
komen, dan is er deze stok achter de deur: dat wij gekozen hebben voor 2A.
De begroting zwembaden heeft geen aanleiding gegeven tot opmerkingen,
dus ik neem aan dat de raad daarmee accoord is.
13. Voorstel tot nadere vaststelling van het bedrag per leerling voor het
lager onderwijs en het buitengewoon lager onderwijs voor het jaar 1983.
Zonder diskussie en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel
aangenomen.
14. Voorstel tot het benoemen van een hoofd aan de openbare lagere school
"Ingenhof" aan de Molenstraat.
VOORZITTER: Ik verzoek de heer Van Garderen, de heer Bei jen en mevr.
Meijer het stembureau te willen vormen.