- 12 -
20 oktober 1983
het helemaal niet ten onrechte zou zijn om met de algemene middelen daar
een gedeelte van bij te dragen.
Wat betreft het begrip 'sluitende begroting'denk ik toch wel dat we op een
verkeerde weg zijn als we gaan praten over een niet-sluitende begroting,
wat in de praktijk zal betekenen dat de begroting niet wordt goedgekeurd,
dat Gedeputeerde Staten daar bezwaren tegen gaan maken, tenzij je zou kunnen
aantonen dat een niet-sluitende begroting binnen enkele jaren wel een goed-
sluitende zou zijn en in dat geval zouden we helemaal niet meer door kunnen
werken, dan zouden we allerlei andere moeilijkheden ondervinden. Die weg
moeten we dus bepaald niet op.
Wat betreft de suggestie van de heer Visser aan de heer Plomp om het lijst-
trekkersoverleg nog eens bijeen te roepen om het programma te evalueren, meen
ik dat dat niet op de weg van de heer Plomp ligt. Het is destijds gedaan in
het kader van de college-vorming, het college fs gevormd en als het nodig is
om de afspraken die gemaakt zijn te evalueren dan is de behoorlijke plaats
bij de behandeling van de begroting tijdens de algemene beschouwingen. Via
een voorstel kan men dan trachten daar een wijziging in aangebracht te krijgen.
Wethouder MBNNE: Voorzitter, er zijn eigenlijk nog maar twee vragen gesteld.
Mevr. Blommers heeft naar de termijn gevraagd en hoe dat dan gaat met de dekking.
Wat de termijn betreft heb ik net al gezegd dat het op zo kort mogelijke ter
mijn zal gebeuren, zowel het voorstel als de effektuering, de financiële
consequenties - het gat moet zo snel mogelijk gedicht - Voor wat betreft de
wijze waarop zal dat, voorzitter, gaan nadat wij u duidelijk hebben aangegeven
de nieuwe wijze van vuilophaal, -verwerking, ook de financiële consequenties
daarvan en wij streven ernaar om dat dan op zo'n overzichtelijke wijze te
dom en ook zodanig dat het 'gat' daarmede wordt gedicht, als u van een gat
wilt spreken. Ik bedoel hiermee de 264.000,= die tussen 19,66 en 5% zit.
VOORZITTER: Ik stel voor de diskussie nu af te ronden en over te gaan tot
de puntsgewijze stemming over dit voorstel.
ILeges
II. Marktgelden.
III. Reinigingsheffingen, nieuwe voorstel.
IV. Begraafrechten.
V. Rioolrecht.
VI. Zuiveringsrechten Soesterberg
Achtereenvolgens wordt ten aanzien van deze punten besloten conform hetgeen
door het college is voorgesteld, zonder hoofdelijke stemming.
VII. Hondenbelasting.
