- 16 - 20 oktober 1983 Ik neem ook trouwens aan, mijnheer de voorzitter, dat het college het zelf ook niet zo fraai zal vinden met deze voorstellen in deze vorm te hebben moeten komen. Nu wordt mij door het college natuurlijk toegeworpen dat de tijd dringt. Dat ontkennen wij ook niet, maar daarom blijft het wel een procedure die hoogst ongelukkig is en die we in de toekomst niet willen herhaald zien, Inzicht in de financiële gevolgen van voorgestelde besluiten is, juist nu, een eerste eis en ook de raad - ik wil dat nog eens beklemtonen - mag zijn tijd voor een zorgvuldige besluitvorming en afweging vragen. Een ongelukkige werkwijze, omdat het afwegingsproces in het gedrang komt. Nu kan ik de vraag wel stellen welke uitgaven of taken er straks blijken te zijn geschrapt of verminderd om deze kosten op te vangen, maar die wordt nu niet beantwoord. Mijnheer de voorzitter, met het oog hierop willen we, als we akkoord gaan met de kredietverlening, nog eens nadrukkelijk stellen dat het college uitdrukke lijk niet gemachtigd is om dit krediet of een deel daarvan te besteden. Integendeel, voor kredietopening zal nog een apart besluit nodig zijn dat pas kan worden gegeven als de strukturele financiële ruimte op bevredigende wijze is aangetoond. Dat betekent dus voor ons dat alle wegen nog open staan en dat de raad op geen enkele manier definitief is gebonden. Dat betekent voor ons ook dat - en ik stel dit als voorbeeld - als de vraag zou worden gesteld of het onderbrengen van de financiële administratie op de dienst gemeentewerken kostenbesparend is, het antwoord op die vraag moet worden ge geven voordat tot kredietopening kan worden besloten. We hebben het antwoord niet gelezen in de haast onleesbare zin op het eind van pagina 2. Dat is het soort zinnen waar ik altijd slecht mee uit de voeten kan; ik vind ze opgeblazen en ik vind het slecht nederlands. Wij moeten dus antwoord op dergelijke vragen hebben voordat wij tot die kredietopening zullen besluiten. We wachten nu het antwoord van het college af en van dat antwoord zal onze houding tegenover dit voorstel afhangen. Heer VAN GELDER: Voorzitter, ik zou voorop willen stellen dat wij onder de omstandigheden waaronder de gemeente bestuurd moet worden voorstander zijn van automatisering. Het is, naar onze mening, de enige mogelijkheid om het takenpakket binnen de financiële ruimte zoveel mogelijk overeind te laten. Eén van de pijlers van de automatisering zou zijn - en dat is ook in de automatiseringsnota en de diskussie daarover door het college onderschreven - dat de projekten in zich kostendekkend zouden zijn. Dit voorstel is dat niet. In de behandeling is door onze fraktie naar voren gebracht dat, op het moment dat die situatie zich voordoet, er een zeer kritische afweging zal moeten

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 367