- 15 - 26 april 1984 De tribune die er nu neergezet gaat worden, daarvan staat in de stukken dat dat per jaar aan rente en afschrijving zo'n 23.000,= kost. Eer die er staat is het eind juni, dan is de helft van het bedrag dat we nu al voor de dekking aanvankelijk wilden instellen, gebruikt. De helft blijft dan over voor volgend jaar, plus 8.000,= aan inkomsten van reklame, dan is de dekking voor 1985 ook al bijna rond. Ik snap een dergelijke rede nering niet, terwijl andere zaken op geen stukken na gedekt zijn, daar kan ik met mijn verstand niet meer bij. U zult ongetwijfeld begrijpen dat ik voor het voorstel ben, maar ik begrijp de redenering van de wethouder van financiën helemaal niet meer. Mevr. MEIJER: Mijnheer de voorzitter, ik heb er heel lang over nagedacht, maar ik ben toch tegen dit voorstel, niet omdat ik niet inzie dat er een nieuwe tribune moet komen, dat zie ik wel in, maar omdat er op dit moment geen geld is. We worden op dit moment gepresst om snel een beslissing te nemen. Dat hebben we eerst met de automatisering moeten doen, toen met de telefooncentrale, nu met deze tribune. Ik wil toch voorstellen om te wachten tot' de juni-raad, dan kunnen we kijken of een nieuwe tribune realiseerbaar is. Kunt u niet langer wachten, dan stel ik voor om deze tribune dan maar op te lappen. Op dit moment ben ik tegen het voorstel om nu een beslissing te nemen. We hebben afgesproken dat we het in juni zouden doen en nu moeten we het ineens in april doen. Heer EBBERSDe laatste opmerking geldt voor alle investeringen die we de afgelopen maanden gedaan hebben. Mevr. MEIJER: Ten aanzien van de telefooncentrale was de PvdA ook tegen. VOORZITTER: Ik constateer dat de raad nu voldoende haar mening heeft gezegd en dan heb ik er behoefte aan om even te beginnen bij de heer Pothuizen, die stelde dat hier een gokspel gespeeld werd en dat er van een onvoldoende demokratisch gehalte sprake was. Dat vind ik een opmerking die toch wel even weersproken moet worden. Ik kan het mij voorstellen, omdat hij misschien niet helemaal doorziet hoe het in B&W gaat en dat wil ik hem graag even uitleggen. Als voorzitter, die een stem heeft in het college, kon ik niet met de andere twee wethouders - voor mij ter linker zijde - meegaan, want dan had de raad zich niet kunnen uitspreken, dan was er geen uitspraak van de raad geweest. Dan had dus een benoemde bestuurder in feite in deze beslist. Ik vond het dus juister om met de andere twee wethouders mee te gaan, opdat de raad de gelegenheid kreeg daardoor zich over dit voorstel bij meerderheid uit te spreken. Dat is geen gokspel, dat is de beste manier om de demokratie te dienen. Vandaar dat het nu aan de orde is.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 100