- 17 -
26 april 1984
dingen die leuk zijn en toch wel in de orde van luxe, die ook hard nodig
zijn. De telefooncentrale was nodig, omdat er doorgewerkt moet worden,
daar komen wij niet onderuit, dat is toch van een andere orde dan die van
twee maanden verschil met betrekking tot een besluit over een tribune.
Ik vind het eigenlijk toch een uitzondering bij alle andere vragen die
we hebben uit de andere sektoren, waar ook investeringen straks op het
lijstje staan dat u voorgelegd krijgt. U zou dan zo mooi kunnen vergelijken.
Kortom u heeft het altijd al gewild, de heer Verheus heeft het nog eens
herhaald, zelfs een investeringsstop gevraagd, het algemeen gevoel in de
raad was toch: doe het niet, alleen in de uiterste, uiterste noodzaak als
de continuïteit van het bedrijf ervan afhangt. Dat is in dit geval dus niet
zo, vandaar dat ik, vanuit de financiële optiek om de zaak duidelijk op
orde te hebben, nu we twee maanden staan voor een besluitenreeks bezuinigin
gen enerzijds en investeringen anderzijds, geen uitzondering wil maken voor
een bepaalde sektor omdat dan toch een precedentwerking voor andere
sektoren plaatsheeft.
Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, als je citaten gaat aanhalen, moet je
weten wat je aanhaalt en de wethouder begrijpt dat lang niet altijd. Als
op grond van informatie op een gegeven moment een standpunt in onze fraktie
wordt bepaald en later blijkt dat die informatie onvoldoende is en ten dele
onjuist, als in maart dan nog blijkt dat de wethouder van financiën met
de mond vol tanden staat als er gevraagd wordt hoe het zit, dan moet hij
ons niet euvel duiden als wij wel weten hoe het zit. Een definitief stand
punt in deze raadsvergadering innnemen is: nu vervangen.
Heer VISSER: De heer Krijger weet niet hoe het zit, ik denk dat ik het wel
weet. Een telefooncentrale, de lijnen daarvan hebben geen stemmen om de
vier jaar en ik denk dat computers ook niet mogen stemmen, maar passieve
rekreanten op een tribune zijn hele gevoelige WD-stemmers en stemmers van
mevr. Greefhorst en mijnheer Strietman. Ik ga daar niet voor opzij, ik denk
dat het een onjuiste zaak blijft om door de mangel te gaan voor deze
passieve rekreanten op die sporttribune die daar naar de reklame zitten
te kijken. Daar mogen we niet voor zwichten, we moeten niet zeggen: laten
we het maar doen. De heer Menne heeft wel zeer juist geciteerd en ik denk
dat dat hard aankomt voor de WD, die toen vond dat we alleen die avond nog
dit soort besluiten mochten nemen en daarna niet meer.
Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, ik dank u voor uw uitleg over de
wijze van besluitvorming in het college. Als uw college, of enige leden
daarvan, zich gekrenkt zouden voelen door het woord 'gokspel' dan wil ik