- 8 -
21 juni 1984
van een paar afdelingen en wat is er indertijd gebeurd met het reorganisa
tieplan van de direkteur gemeentewerken? Is dat in de ijskast gestopt of
maakt het nog deel uit van de beleidsvoornemens van het college? Dan het
onder d. genoemde punt: bezuinigingen. Er is inderdaad bezuinigd, zij het
dat niet alles even hard is. Om maar een paar zaken te noemen: de hogere
uitkering ten behoeve van de politie ad 100.000,= is geen bezuiniging.
Evenmin kan als bezuiniging worden aangemerkt als een uitgavenvermindering
bij het onderwijs een lastenverzwaring bij een andere tak van dienst tot
gevolg heeft. Op het gedeelte dat door het college als 'hard' wordt aange
merkt, valt derhalve nog wel wat af te dingen. Het is daarom naar de mening
van mijn fraktie een goede zaak dat ook het college aan de hand van de door
de diverse commissies uitgebrachte adviezen besloten heeft om het aanvanke
lijke raadsvoorstel in die geest te herzien. Wij hebben als raad in de
februari-vergadering duidelijk gesteld, dat elke wethouder voor zijn porte
feuille verantwoordelijk was om de vastgestelde bezuinigingen te realiseren.
Dat is slechts ten dele gelukt, bij vier van de vijf leden van het college.
De sektor welzijn heeft een hele massa papier geproduceerd, herordenings-
voorstellen aangedragen. Het eindresultaat is, zoals ik reeds verwachtte,
nihil. De verantwoordelijke wethouder heeft naar de mening van mijn fraktie
de verenigingen en instellingen aan het lijntje gehouden en die weten nu
ook niet meer waar ze aan toe zijn. Dat het college de voorstellen van de
heer Kingma niet heeft kunnen accepteren, ligt naar de mening van mijn fraktie
voor de hand. Aan boterzachte bezuinigingen hebben we niets. Derhalve staan
we nu voor wat betreft deze sektor met lege handen. De herordeningsnota is
door het college terecht verworpen en dus ook voor de betreffende wethouder
voorgoed van de baan. Het kan niet zo zijn, dat deze wethouder desondanks
deze baan, dit pad blijft volgen. Er zal nu een nieuw voorstel moeten komen,
waar we dan uiterlijk in de raadsvergadering van oktober over zullen moeten
beslissen. Het mag bepaald niet zo zijn, dat wegens tijdgebrek of iets derge
lijks de zaak naar 1985 wordt verschoven. Gelet op de ervaringen met de
Kinderboerderij heeft mijn fraktie voorshands ernstige twijfels. Ten aanzien
van punt 3. van uw raadsvoorstel wil ik voor alle duidelijkheid opmerken, dat
het voor de CDA-fraktie bepaald geen automatisme is dat het bezuinigde kei
harde bedrag direkt weer wordt gebruikt om nieuwe investeringen te doen.
Wij wensen geen koppeling tussen bezuinigen enerzijds en investeringen ander
zijds. Bezuinigen mag natuurlijk geen doel op zichzelf zijn, maar een middel
om een ander doel, namelijk sanering van de gemeentelijke financiële huis
houding te bewerkstelligen.
