- 15 -
26 januari 1984
allerlei dingen op tafel, ik stel voor dat er even geschorst wordt, om
gelegenheid te geven nader te overleggen. Wij willen die schorsing juist
nu, omdat we niet willen dat de besluitvorming wordt vertraagd, zodat
de atletiekbaan er kan komen, maar dan wel in eigen huis met de boel goed
geregeld
Heer VISSER: Mijnheer de voorzitter, ik ben tegen schorsing.
Heer VAN LOGTENSTEIN: Over het algemeen steunen wij schorsings-voorstellen,
maar ik zou willen voorstellen om te schorsen né. de le ronde. Het lijkt
mij dat we dan wat meer informatie hebben en dat dan iedereen aan de hand
van die informatie een definitief standpunt kan bepalen.
VOORZITTERDaar kan ik mee instemmen, dat lijkt mij een verstandig voorstel,
ik stel voor de diskussie dan nu in eerste ronde te beginnen.
Heer VISSER: De chaos is compleet, mijnheer de voorzitter. Als ik wethouder
Kruitwagen hoor, dan kan ik mij voorstellen dat de heer Plomp dat verhaal
helemaal niet had kunnen houden en dat bij de vergadering van de Sport
stichting de heer Plomp de heer Kruitwagen miste. Het is eigenlijk weer
een hele stomme brief van de Sportstichting. De Sportstichting verwijt het
college dat ze niet op de hoogte is gehouden. Ik begrijp daaruit dat de
heer Plomp opnieuw de Sportstichting geen brief heeft gestuurd over wat
er allemaal in het college over de sport wordt gezegd. Ik blijf bij het
standpunt, ook in de commissievergadering, dat uw voorstel over deze
atletiekaccommodatie een goed voorstel is en dat we het moeten aannemen.
Wat er allemaal gezegd is door de heer Kruitwagen, dat vertroebelt de zaak
eigenlijk alleen maar. Wat u ons in eerste instantie hebt voorgelegd, is
een goed uitgangspunt, dat is - als ik de heer Kruitwagen goed begrijp -
ook de enige manier om de atletiekbaan te verwezenlijken. Ik erger mij toch
aan de manier waarop de heer Plomp in het college het ene zegt en bij
de Sportstichting kennelijk iets anders. Er wordt dan een brief geschreven
- en de heer Plomp is wel zo handig dat hij die niet ondertekent - en als
ik nu van u hoor dat het een unaniem besluit is van het college om uw
oorspronkelijke voorstel te handhaven, dan blijf ik erbij dat de chaos
compleet is. Ik vind dit een afkeurenswaardige manier van doen.
De heer Blaauw komt om 20.30 uur de vergadering in.
Heer VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, wij hebben een duidelijk milder oordeel
over dit stuk. Namens onze fraktie kan ik laten weten, dat wij zeer
sympathiek staan tegenover het voorstel. Het gaat uit van een grote mate
van zelfwerkzaamheid en dat op zich is natuurlijk al sympathiek, vooral
in deze tijd, waarin we met z'n allen proberen een aantal bezuinigingen
tot stand te brengen. Om te vermijden dat strukturele uitgaven weer worden