- 20 - 25 oktober 1984 op verschillende dagen. Ik zou dat na moeten kijken. Hoofdzaak van dit voorstel blijft dat degene die hier wordt genoemd in ieder geval een stand plaats houdt op de plek zoals op de kaart is aangegeven. Omdat ik hier niet beschik over het overzicht, kan ik niet precies zeggen in hoeverre de door u genoemde drie personen mogelijkerwijs op verschillende dagen toch met twee plekken kunnen volstaan. Heer VERHEUS: Mijnheer de voorzitter, ze staan alle drie op zaterdag, dat is nu juist het probleem. Ik zou eigenlijk, om nog meer narigheid te voorkomen, deze toezegging willen hebben: als de meneer waar het nu om gaat naar plek I of II gaat, mag het niet ten koste gaan van de twee standplaatshouders die daar nu al met een kraam staan. Wethouder PLOMP: Ik denk dat inderdaad, nu deze nieuwe persoon ook op die plek erbij komt, de nieuwe persoon niet het slachtoffer mag worden van de bestaande situatie, maar ook de oude niet van de nieuwe situatie. We moeten de stukken even bekijken, maar ik denk dat ik die toezegging wel kan doen. V00RZITTERDaarmee is ons standplaatsenbeleid gewijzigd. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 15. Voorstel tot het garanderen van rente en aflossing van een door de Stichting Bouwactiviteiten in de Bejaardensector te sluiten geldlening ten behoeve van de bouw van 19 bejaardenwoningen in het complex de Vijverhof (Overhees II-2) Het voorstel wordt zonder diskussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 16. Voorstel tot bezuinigingen in de sector welzijn, hoofdlijnen voor een te voeren welzijnsplan VOORZITTER: Ik heb voor de vergadering gesondeerd hoe we dit het beste kunnen bespreken en de meesten van u hebben hun verhaal in twee delen gesplitst, het ene over de hoofdlijnen, het andere over de feitelijke bezuinigingen. Ik zou dus eigenlijk voor de goede orde van de vergadering ook willen beginnen met het hoofdlijnenverhaal, daarover te diskussiëren en dan over de feitelijke bezuinigingen. Aan de orde is dan nu het voorstel van het college met be trekking tot de hoofdlijnen voor een te voeren welzijnsplan. Heer VISSER: Mijnheer de voorzitter, wanneer u hoofdlijnen vaststelt voor het welzijnsbeleid, dan mis ik toch wel de sport in uw verhaal. Sport is ook een welzijnsvoorziening en werken is ook welzijn, maar dat wordt hier niet mee bedoeld. Wanneer u weigert, om politieke redenen, nog steeds het sportbeleid buiten het welzijn te stellen, dan denk ik dat die hoofdlijnen helemaal geen hoofdlijnen zijn, maar dat dit een papieren stuk is dat regel recht naar de prullemand verwezen kan worden. Als ik hoor dat in Zeist de Sportstichting allang is opgeheven, dan denk ik dat in Soest de zaak ook zo langzamerhand gereorganiseerd moet worden en dat u eens een aantal voor stellen moet doen om ook de sport tot welzijn te verklaren, zodat wij een

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 237