- 55 - 17 december 1984 gemaakt dat wij vonden dat, als zij zich positief opstelden ten aanzien van het plegen van hun aktiviteiten ook in de Borg, er voor hun een complete plaats zou zijn in de werkgroep om mee te praten, vanuit hun typische verantwoordelijkheid en inbreng ten aanzien van de aktiviteiten die zij organiseren. Ik heb uit de krant begrepen, verder heb ik nog niets ge hoord, dat de vereniging daar akkoord mee gaat. Ik neem aan dat we daar binnenkort met elkaar over kunnen spreken en ik heb het idee dat het in goed overleg geregeld kan worden, wat niet wil zeggen dat iedereen daar even gelukkig over is, zoals al blijkt uit de opmerkingen van mijnheer Visser, waarbij ik voor de verandering nu ook eens uit een vertrouwelijke vergadering klap( omdat het mij al te ver gaat dat mijnheer Visser hier zegt dat hij niet akkoord gaat met een Borg/Artishock combinatie, waar hij meent in een vertrouwelijke vergadering te moeten zeggen dat hij onder de druk van de omstandigheden er wel mee akkoord gaat. Daar zit ik even wat van te kijken en dan weet ik niet wat ik met die woorden aanmoet, behalve dat ik denk dat hij anders reageert als de pers er is dan wanneer die er niet is. Als het gaat om het afstoten van het Artishockgebouw, ben ik niet de enige portefeuillehouder die daarbij betrokken is. U mag verwachten dat wij in de nodige zorgvuldigheid daarmee om zullen gaan, wetend wat er allemaal speelt. U moet van mij niet verwachten dat ik u nu al op een briefje kan geven wat er precies met het gebouw zal gaan gebeuren. Wel is duidelijk wel bedrag in dit voorstel is geraamd als redelijk te verwachten, wat voor de sektor welzijn zal verdwijnen uit dat deel van de begroting. De heer Pothuizen heeft een opmerking gemaakt over de R.M.A.. Ik denk dat hij gelijk heeft, dat zijn nu typisch van die vervelende dingen die bij haastklussen gebeuren en waar de heer Van Brummelen ook al zo'n hekel aan had. Door de tijd gedwongen ga je wel eens in de fout. Ten aanzien van de muziekschool staat er dat het hier zou kunnen gaan om vaststellen, duide lijk is dat het hier gaat om een beoordeling door de raad van een raam- begroting en wij maken die mening als college kenbaar. Daar hebben we het mee gehad. Formeel heeft mijnheer Pothuizen misschien gelijk, dat de raambegroting op zich niet als ingekomen stuk op de agenda staat, zoals normaalgesproken het geval is, waarbij we het dan meestal voor kennisgeving aannamen, behalve de laatste keren dat we het hadden over een beroep op de gemeenschappelijke regeling en de 20% korting op de lesuren, feitelijk is het zo dat we er toch van uit mogen gaan dat u allemaal wist waar het bij de muziekschool om ging, op basis van welke cijfers -met name die uit de raambegroting- wij ons in het overleg baseerden. De cijfers zoals die

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 340