- 29 - 19 december 1984 bent u er nog eens op teruggekomen en heeft u herhaald dat er dan sprake zou kunnen zijn of gevreesd moet worden voor een vierde bestuurslaag. Om die gedachte meer kracht bij te zetten zegt u in dat stuk: dat vinden G.S. vaa Utrecht ook, zie blz. 8 van de ontwerpnota integrale regio-indeling in de Provincie Utrecht. Niet alle raadsleden zullen deze nota hebben, maar die hebben in ieder geval wel de indruk gekregen dat daarmee de bestuurlijk afgewezen vierde bestuurslaag weer wordt ingehaald. De minister en zijn voorgangers zullen het wel niet met u eens zijn, dus als u G.S. van Utrecht ten tonele voert, dan kan ik vijf bewindslieden van binnenlandse zaken ten tonele voeren.U had volledigheidhalve dan ook blz. 7 moeten citeren van deze nota, waar G.S. schrijft dat het laatste punt, de doorzichtigheid van het openbaar bestuur, de spil is waar alles om draait. Met name hierom wordt bundeling in het ontwerp voorgeschreven, hetgeen wij van harte toejuichen. Dat is het standpunt van G.S. van Utrecht, ze juichen het toe, dat dit gebeurt. Ze zien ook wel een bezwaar, maar ze hebben er geen principiële bedenkingen tegen. De bedoeling is om de bezwaren die eraan verbonden zijn zo goed mogelijk op te vangen en de spil, waarom alles draait, te behouden. VOORZITTER: Wij zijn het eens, mijnheer Bolhuis, de visie loopt paralel wat dat betreft. De reaktie van G.S. op onze commentaren is in het college intussen besproken en die is op weg naar de commissie a.b.z. Daar kunnen we nog verder over deze zaak van gedachten wisselen. Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, om eventuele misverstanden te voorkomen, wil ik nog even naar het punt personeelskosten commissieleden die geen raadslid zijn. Het voorstel van mevr. Blommers is aangenomen en in dat voorstel was ook sprake van de leden van de commissie woonruimte verdeling. Die zouden dan hier op post 001.02 opgevoerd moeten worden. Dan zit ik toch nog met het probleem dat wij voor een aantal van onze burgers door het afschaffen van deze onkostenvergoeding een situatie hebben doen ontstaan, waarin ze niet alleen niets meer krijgen, maar zelfs lasten zullen moeten hebben. Ik denk met name aan het Soesterbergse deel van onze bevolking dat in commissies zit en dat frequent daarvoor naar Soest moet komen. Ik vraag mij af of u toch bereid bent te bekijken in hoeverre er dan voor burgercommissieleden een systeem van onkostenvergoeding ontwikkeld zou kunnen worden. Ik denk dan aan een reiskostenvergoeding VOORZITTER: Uw suggestie spreekt het college niet zo aan. We moeten wel duidelijke en simpele regelingen houden. Misschien dat de commissie ook eens kan besluiten om in Soesterberg te vergaderen. Openbare_orde_en_veiligheidGeen diskussie. Verkeer, vervoer en waterstaat. Geen diskussie.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 372