- 54 -
21 november 1985
dat niet beperkt blijft tot die 1,6 miljoen, maar dat de baten nog meer winst
opleveren en dat bedrag is niet geraamd. Daar staan dus ook geen uitgaven
tegenover, want dat bedrag wordt pas aan het eind van de rit zichtbaar en
vloeit dan rechtstreeks naar de saldireserve of naar de algemene reserve.
Zo krijgen we grote overschotten en versterking van de reservepositie, waar
door het lijkt of we alleen maar bezig zijn onze reservepositie te versterken.
De vraag is dan natuurlijk wie dat betaalt. De baten van het gasbedrijf worden
betaald door de Soester burgers, die veel te veel betalen, meer dan strikt
nodig is. Ik wil mij in mijn beschouwing beperken tot de niet-geraamde winst,
die tonnen bedraagt. Een winst, die naar de saldireserve vloeit en die de
hoogte van de reserves bevordert. Een begroting moet de baten en lasten zo
zuiver mogelijk ramen, zo dicht mogelijk bij de werkelijkheid. Mijn eerste
conclusie bij de begroting van het gasbedrijf moet dan helaas ook zijn, dat
die begroting niet juist is. Straks zal uit de rekening weer blijken dat we
weer tonnen over hebben. Het zijn forse winsten, waarmee de kas wordt gespekt.
Dat is toch een vreemde zaak als je een monopoliepositie hebt, zoals het gas
bedrijf. Je past in feite een vorm van misbruik toe als je het gebruikt als
een melkkoetje. De afrekening bevat eigenlijk een verkapte belastingheffing.
Er wordt wel eens gesproken over de concentratie van de nutsbedrijven. Zou
de gedachte daaraan niet worden bevorderd door de toepassing van dergelijke
constructies, dat de gemeenten van gasbedrijven melkkoetjes maken? Het wordt
dan verleidelijk voor hogere instanties om te denken aan concentratie van
nutsbedrijven. Het feit dat de gasprijs hoger is dan noodzakelijk is ook in
strijd met het feit dat verschillende politieke partijen in deze raad altijd
gestreden hebben voor beperking van de woonlastenstijging. Die woonlasten
stijging heeft verschillende oorzaken, maar we hebben altijd geprobeerd die
zo klein mogelijk te houden. Als de gastarieven desondanks te hoog worden,
dan zijn we eigenlijk bezig met de mond te belijden dat we de woonlasten
laag willen houden en in de praktijk ze onnodig hoog te houden of te maken.
Naar mijn idee is dat ook in strijd met de uitgangspunten van het college,
het beleidsprogramma zoals we dat in 1982 als gezamenlijke frakties, met
uitzondering van D'66, zijn overeengekomen, want daarin gaan we er bepaald
niet vanuit dat er een verkapte belastingheffing aan de burger plaatsvindt.
We hebben daar maandagavond ook over gesproken naar aanleiding van de
beschouwingen van onze fraktievoorzitterEr is toen ook een motie op tafel
gekomen over deze zaak. Mijnheer Van Gelder is toen met argumenten gekomen,
in tegenstelling tot de VVD die de motie verwierp zonder dat verder te argu
menteren. Mijnheer Van Gelder meende dat het voor een ander doel moest worden
besteed. Het wordt echter helemaal niet besteed, want inkomsten die niet
geraamd zijn, daar staan geen uitgaven tegenover. Ik begrijp niet hoe mijnheer