- 14 -
19 december 1985
hoord naar aanleiding van een voorstel van het CDA. Dat kan dus niet in het
collegevoorstel staan.
Heer VISSER: Vorige week hebben we commissie financiën gehad en toen was het
voorstel van het CDA bekend. Ik heb toen nog expliciet aan de wethouder ge
vraagd hoe hij daar tegenover stond. Hij heeft mij bezworen dat het college
unaniem achter het eigen voorstel stond. Dus hij is binnen een week gezwicht,
onder druk van het CDA en de verkiezingen.
Heer VAN GELDER: Voorzitter, mag ik een verduidelijking vragen? Ik heb be
grepen dat het college een voorstel heeft gedaan, dat het CDA een voorstel
heeft ingediend dat door een meerderheid van het college wordt afgewezen.
De wethouder financiën wijst het voorstel als zodanig ook af, maar dient een
nieuw voorstel in, naast de andere voorstellen die gedaan zijn?
VOORZITTER: Nee, u maakt het te ingewikkeld. Er ligt een voorstel van het
'college om de gasprijs te verhogen. De raad moet zich straks over dat voor
stel uitspreken. Daarnaast heeft mijnheer Bolhuis -omdat de tekst van het
voorstel van het college daar aanleiding toe zou kunnen geven door een aan
rakingspunt in de sfeer van de vaststelling van het vastrecht- daarvan
gebruik gemaakt door een wijziging voor te stellen op dat punt. Dat deel is
onderwerp van de diskussie, waarover de wethouder namens het college heeft
gezegd dat het college, minus hemzelf, dat voorstel afwijst. Persoonlijk kan
de wethouder alleen wat 1986 betreft akkoord gaan met dat voorstel.
Als het op stemmen aankomt, dan gaat het meest verstrekkende voorstel voor
en dat is het voorstel van mijnheer Bolhuis.
Heer VAN GELDER: Als wij daar straks op reageren, moet ik weten of het een
voorstel is van de wethouder of alleen maar commentaar op een voorstel dat
gedaan is. Als het een voorstel is, moet nagegaan worden of het wel onder
steund wordt enz. Kunt u daar duidelijkheid in geven?
VOORZITTER: Zoals u weet is op het ogenblik de wethouder aan het woord;
in zijn beantwoording geeft hij een reaktie op wat in eerste instantie door
de raad is gezegd. Dat betekent dat hij nog niet met voorstellen komt, want
we zijn nog in diskussie. Omdat er sprake was van het woord 'voorstel' in de
bijdrage van mijnheer Bolhuis, heeft de wethouder dat woord overgenomen en
gezegd dat hij voor dat voorstel was, maar dan beperkt.
Wethouder MENNE: Voorzitter, door andere raadsleden is het voorstel gedaan
om pas nadat duidelijkheid is omtrent de meerwinst, die te reserveren.
Mijnheer Van Garderen doelde in dat licht op een bepaald percentage, waarbij
hij toch denkt aan struktureel direkt verstrekken van gelden aan de aange
slotenen. Mijnheer Pothuizen heeft gezegd dat we na vaststelling van wat er
aan meerwinst is, kunnen bezien op welke wijze we dat betalen. Dat heeft ook
even doorgeklonken bij mijnheer Krijger, die heeft gezegd dat er tegenover