- 13 -
21 maart 1985
hete adem van de bezuinigingen in zijn nek inhoudelijk te overleggen en
het beleid vorm te geven, samen met de burgers.
Mevr. MEIJER: Mijnheer de voorzitter, het voorstel zegt het al: we moeten
deze nota zien als een beleidsuitgangspunt voorhet bestrijden van vandalisme
In de verschillende commissies is de afgelopen tijd aangedrongen op het
ondernemen van stappen vanuit de gemeente om het vandalisme zoveel mogelijk
tegen te gaan. Daarom begrijp ik niet dat nu ineens een aantal frakties
zeggen dat deze nota aangehouden moet worden. Als we de nota aan gaan
houden, dan gaat het net zo als de nota minderhedenbeleid:die ligt al een
jaar ergens. Dit vraagt om een snelle aanpak. Het is wel zo, wil men het
struktureel aanpakken -aan symptoombestrijding hebben we niets- dat we
enig inzicht moeten hebben in het soort vandalisme waar we in Soest mee
te maken hebben. Je hebt bijvoorbeeld vandalisme tijdens een luilakviering
en je hebt vandalisme vanuit een groepsgebeuren en als gevolg van alcohol
en drugsgebruik. Iedere categorie vraagt weer om een andere aanpak. Als je
weet op welke groep je je moet richten, weet je welke bemiddelingsgroep er
ingeschakeld moet worden. Zou je dat niet weten, dan zou iedere aktiviteit
eigenlijk zijn doel voorbijschieten. De samenstellers van deze nota geven
dat eigenlijk ook al aan. Daarom heeft mijn fraktie wel vertrouwen in deze
nota en ik hoop,dat er nu ook snel overleg komt met de verschillende be
middelingsgroepen, want zij zullen toch stap voor stap het uitvoerende werk
moeten gaan doen.
Heer VAN GARDEREN: Mijnheer de voorzitter, ik geloof dat het goed is om deze
nota niet aan te houden. De werkgroep heeft veel werk verzet en door de nota
aan te houden zouden we de werkgroep demotiveren. In het voorstel zegt u ook
dat we deze nota moeten zien als een kader, waarbinnen nadere invulling moet
plaatsvinden. Ik geloof dat het ook op zijn plaats is om de werkgroep dank
te zeggen voor het werk dat hieraan gedaan is. Een eerste aanzet is gegeven
en we moeten alles bijzetten om de voortgang te doen plaatsvinden.
VOORZITTER: Als men verwacht had dat dit een nota was die heel precies
ingevuld en uitgewerkt zou aangeven wat er precies op elk facet zou moeten
gebeuren, dan bent u in die verwachting teleurgesteld. Het is een nota die
een kader aangeeft dat nader ingevuld moet worden, waarvan het college vond
dat we er eerst met de raad over moesten praten om te weten hoe we het veld
in moeten gaan. Het gaat niet zozeer om aannemen van de nota of niet, het
gaat erom dat de mensen die er hard mee bezig zijn, gemotiveerd door kunnen
gaan op de manier zoals hier staat aangegeven. Dat betekent niet dat zij gaa
voorschrijven wat er moet gaan gebeuren door andere mensen. Met mijnheer
Visser ben ik het helemaal eens vanavond als hij zegt dat we naar de mensen