18 september 1986
- 15 -
zegt u nu toe dat u de activiteiten continueert, dat u zorgt voor de nuts-
kosten. Daar heb ik begrip voor en ik denk dat ik dan ook met een gerust
hart vanavond akkoord kan gaan met uw voorstel om het Artishockgebouw te
verkopen.
Mevr. BLOMMERS: Ik ben niet zo gerust als de heer Visser. De reden waarom
ik in eerste instantie zo kort reageerde was omdat we vanavond een gebouw
verkopen waarin wij tevens de mogelijkheid verkopen om tien jaar lang een
sociaal/cultureel iets te kunnen huisvesten. We gaan ervan uit dat dat
Artishock is. Ik moet u zeggen dat ik -om andere redenen dan de heer Visser-
ook wel verbaasd ben over het feit dat deze zaken nog niet echt doorgesproken
zijn. Eens te meer ben ik ervan overtuigd dat wij moeten praten over de
wijze waarop wij subsidiëren. Elke instelling heeft hier zijn eigen regeling,
zijn eigen dingen die gesubsidieerd worden. De een wordt op de huisvesting,
de ander op de energiekosten, nu hoor ik weer op telefoon gesubsidieerd.
Volgens mij wordt er niemand in Soest op telefoon gesubsidieerd. Ik denk dat
we daar eens over moeten praten, want het is op die manier erg moeilijk
om een eerlijk beleid te voeren. In dit geval denk ik dat de verkoop van
het Artishockgebouw een goede zaak is, we raken eindelijk van die verliespost
af, maar ik zou het prettig vinden als dit soort randverschijnselen van
tevoren ook goed door waren gesproken.
Wethouder KINGMA: Ja, nu er van twee kanten dat soort opmerkingen wordt
gemaakt, alsof er al een jaar geleden te bezien viel dat zo'n anderhalve
maand geleden de heer Smeeing het pand zou willen kopen en dan ook nog
de Vereniging Artishock erin zou willen laten en dat we dan een jaar geleden
ook al die regeling hadden kunnen treffen, gaat het mij toch iets te ver.
Wat dat betreft denk ik dat er hier toch een vergissing in het spel moet
zijn. Een tweede vergissing is alsof niet duidelijk zou zijn op welke wijze
instellingen worden gesubsidieerd, want over het algemeen staat in onze
subsidieverordening heel duidelijk aangegeven voor welke kostensoorten
-en dat zijn meestal huisvesting en een aantal activiteiten, in een aantal
gevallen voor personeelskosten- men subsidie krijgt, met percentage en
al vermeld.
Wethouder MENNE: Nog één ding wil ik ervan zeggen. We hebben het hier over
een koopcontract en u spreekt over het huurcontract. Daar moeten we toch
wel even onderscheid in maken. Bovendien is het natuurlijk zo dat er geen
overleg meer mogelijk is als je alles vastlegt. Ik vind dat er ook enig
vertrouwen moet zijn van uw kant naar het college toe om dat zo goed mogelijk,
op de lijn van continuering, te realiseren. Als we weten hoe het er gaat
uitzien, dan komen we natuurlijk in de desbetreffende commissies zeker
terug. Dat ligt voor de hand. Het is natuurlijk wel een huurcontract tussen
Smeeing en de Vereniging Artishock. De gemeente is erbij om de zaak in
goede banen te leiden.
Mevrouw BLOMMERS: De gemeente is erbij om te betalen!
Heer VAN GELDER: Voorzitter, mag ik een ordevoorstel doen? Ik denk dat
er een voorstel ligt waar we het allemaal over eens zijn dat het een prima
voorstel is. Dat nog niet alle details zijn uitgewerkt, staat in het voorstel.
Wij zien te zijner tijd die uitwerking tegemoet en het college heeft wat
mij betreft ons vertrouwen dat het tot tevredenheid wordt afgewikkeld.
VOORZITTERHet ordevoorstel spoort met de agenda. Ik stel voor het Artishock
gebouw te verkopen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.