17 november 1986
- 18
de wet die is voortgekomen uit het wetsvoorstel Vermeent/Moor-of er ook
mogelijkheden zijn voor de gemeente om een aantal van die langdurig werk
lozen in het gemeentelijk werknemersbestand op te nemen. We weten dat dat
kan met jongeren in het kader van de Wet op het leerlingstelsel, dat is
al eens uitgezocht. Maar nu is het alleen nog maar de vraag hoe het staat
met de realisatie daarvan. We zitten ook met het rijksbeleid ten aanzien
van het sociaal/culturele werk. Daar dreigt onaanvaardbare schade te worden
aangericht en wij hebben dus de plicht om te proberen naar vermogen die
schade te voorkomen. Naar onze opvatting is ook uw vertaling nog een te
vergaande. Wij zouden in 1987 de bezuinigingen tot ongeveer 20.000,=
beperkt willen zien. Dat is de omgekeerde benadering van de VVD en de PvdA-
voorstellen met precies dezelfde uitkomst. Het is ook hetzelfde voorstel,
anders verteld. In het gemeentelijk beleid, of eigenlijk de voorbereiding
daarvan, zien we nu een zekere verkokering optreden als het gaat om de
groei van commissies en het naar achteren schuiven van de commissie welzijns
planning. Wij vinden dat geen beste ontwikkeling. Met betrekking tot het
dorpshuis zien we dat dat dreigt aan ons te ontvallen als er niet snel
iets gebeurt. Wij zullen het dus op prijs stellen als u nu op de kortst
mogelijke termijn met voorstellen komt om dat instituut weer tot bloei
te brengen en dat mag best een paar centen kosten. Er is wat ons betreft
geen bezwaar tegen om bij deze begrotingsbehandeling besluiten te nemen
over de honkbal/softbal/hockey- enz. accommodatie. Met betrekking tot het
beheer van de natuur vinden wij dat de aandacht die daaraan wordt geschonken
nog wel wat beter kan. Dat hebben we dan ook maar zo geformuleerd, dat
is voor verbetering vatbaar. We werken aan een nota inzake chemische be
strijdingsmiddelen, maar we hebben hem nog steeds niet. Over het jachtrecht
denkt u na, al heel lang. Als het om peilverlaging gaat, dan moet dat eerst
uitgebreid aan u duidelijk gemaakt worden. Dat zouden we toch liever anders
zien. En als het om die ruilverkaveling gaat, wat ons betreft hoeft die
inderdaad ook niet door te gaan. Ik kom dan nog even op de begroting 1986.
We houden in 1986 ook geld over, ik denk dat we dat rustig mogen aannemen.
En we hebben bij de pensioenpremie-antwoorden in ieder geval voor wat het
gasbedrijf betreft daar concreet zicht op gekregen. Naar ons oordeel is
dat geen overwinst in de terminologie zoals we die eerder al wel eens hebben
gehanteerd en dient dat bedrag dus ter beschikking te komen van de gewone
dienst en dat kan besteed worden. Een andere vraag heeft te maken met uw
rentebijschrijvingswijziging. Daarvan hebben we allemaal maar op goed gezag
aangenomen dat de beste datum van ingang daarvoor is 1 januari 1987. Toch
is het maar de vraag of dat zo is, want als wij nu terugkijken, dan weten
we toch eigenlijk allemaal dat die motivering ook geldt voor het grootste
deel van 1986. We hebben al gezegd dat de gemeente als mede-stimulator
van de economie alle te vinden ruimte voor uitgaven moet benutten. Reserves
vormen is sparen en meer sparen dan nodig, dat remt de economische ont
wikkeling. Begin 1986 hadden die reserves een reële waarde. Het oogmerk
van rentebijschrijving is natuurlijk tweërlei, je wil bij inflatie de reële
waarde handhaven en je wilt een vergoeding voor het niet-gebruiken van
het geld. Als je dan terugkijkt en je ziet dat het nominale rentepeil over
schat is door een lagere inflatie, dan zijn dus de reserves reëel groter
geworden terwijl er geen bewust daarop gerichte politieke besluitvorming
is geweest. Wij vinden zo'n proces niet gewenst, wij willen daar dan ook
een raadsuitspraak over, want niet autonome externe ontwikkelingen moeten
de groei van de reserves bepalen, de raad moet die bepalen. Wij vinden
het beleid dat tot nu toe terzake is gevoerd prima, dat mag gehandhaafd
worden. Wel vinden wijeven snel samenvattend, dat we kunnen aannemen
dat tweederde van 700.000,= over 1986 kan zijn verdiend, dat zou dan
ongeveer 450.000,= zijn. We moeten met schattingen altijd voorzichtig
zijn, dus laten we zeggen dat we daar maximaal eerderde van zouden willen
gaan besteden, dat is dan 150.000,= die ten gunste van de gewone dienst