17 november 1986
- 20 -
lijke overheid cursussen en bijeenkomsten financieren waar de sfeer heerst
van "kom op voor jezelf en daarna voor de ander (als je eraan toekomt)"
zullen wij door de schade die dit oplevert dubbel moeten betalen. Vandalisme
bestaat onder andere door het opgroeien van kinderen in koude gezinnen
waar jongeren geen thuis vinden. De kilte in gezinnen slaat toe als ieder
slechts voor zijn eigen plekje vecht. Vandalisme kost ons geld. Het verwijderen
van afschuwelijke, vernederende teksten, eventueel discriminerend, kost
de gemeenschap geld. Meer wijkagenten aanstellen die nodig zijn om te laten
zien dat de uitvoerders van het gezag geen vijanden zijn, is duur. Er is
veel meer indirect en direct effect van foutieve subsidiëring te noemen.
Dit is geen populaire stellingnameToch hoop ik van harte dat u serieus
en inhoudelijk op deze zaak in wilt gaan. Hoe denkt u beleidsmatig deze
tendens te kunnen ombuigen?
Bij onze partijencombinatie heeft de aandacht voor de kwaliteit van de
dienstverlening een hoge prioriteit. We zijn er gelukkig mee dat de her
overweging gemeentelijke organisatie duidelijk vorm heeft gekregen. Ons
inziens wordt hier nu goed aan gewerkt. We hopen van harte dat de ambtenaren
die nu samenwerken in de produktgroep milieuzaken positieve ervaringen
opdoen. Met een goed experiment ontdekt men de winst, maar ook de zwakke
kanten. Voorzitter, het GPV/SGP/RPF is er tevreden over dat u de voorstellen
uit de commissie ten aanzien van de 50% dekking van het HUP overneemt.
Ons ideaal van 100% dekking bij leges voor dienstverlening is dan ook vooral
gericht op al die zaken waar de burger het directe effect merkt, als winst
voor zijn eigen welzijn. Het is duidelijk dat de situatie is scheef gegroeid
in Soest nu de onroerend-goedbelasting tot een dergelijke hoogte is opgeschroef
dat onze gemeente zelfs al boven de wettelijke normen uitgegroeid is. Hierin
moest Soest gecorrigeerd worden, terwijl de burger voor bijvoorbeeld de
afvalstoffenheffing belast wordt met een bedrag dat in 1987 slechts 60%
van de kosten dekt. Dit is pure onduidelijkheid voor de Soester inwoners.
Het dunkt me dat het getuigt van respect voor de burger als heffingen in
verhouding tot het produkt narekenbaar zijn en belastingen slechts als
noodzakelijke aanvulling dienst doen. Het is een stijl van dom houden als
we als Soester overheid ervan uitgaan dat de burger maar gewoon moet betalen
naar goeddunken van de raad vanuit de gedachte: het komt toch allemaal
in dezelfde pot. Ons emancipatiestreven is gericht op een bewust handelende
burger. Onder andere vanuit deze gedachtengang hebben wij een motie opgesteld
voor een eenvoudige en heldere werkwijze om voor de afvalstoffenheffing
en andere rechten vanaf 1988 gerekend systematisch toe te werken naar een
100% dekking in termijnen van 2 en 10 jaar. Wat ons betreft betekent 100%
dekking zeker niet alleen verhoging van tarieven, maar evenzeer het bezien
van mogelijke efficiëntie-maatregelen om de kosten te drukken. Bijkomend
voordeel is de betere mogelijkheid om de kosten voor een dienstverlening
met die van andere gemeenten te vergelijken. Sneller wordt zichtbaar wanneer
efficiëntie-maatregelen op hun plaats zijn. In het beleidsprogramma 1986/1990
wordt verwezen naar de tarievennota die 20 maart 1986 is vastgesteld. Daar
wordt gesproken over de tarieven die zich zo dienen te ontwikkelen dat
er van een reële mate van kostendekking moet worden uitgegaan. In het vervolg
worden er dan acht zaken genoemd waarvan de eerste drie invloed hebben
op het wel of niet op 100% kostendekking uitkomen. Ons inziens had dit
besluit wel achterwege kunnen blijven omdat het slechts een opsomming
is van ontsnappingsmogelijkheden. Beleid geeft meestal een richting aan.
Deze notitie geeft aan dat we geen richting weten. In onze motie en in
het hierboven genoemde proberen wij wel richting voor beleid aan te geven.
We verwachten dat u deze motieven in uw overwegingen meeneemt.
Een andere zaak die op dit moment aandacht verdient is de prioriteitsbepaling
nieuw beleid. Wij hebben u daar reeds vragen over gesteld. U gaf in uw
brief van 7 juli 1986 onder andere aan dat het goed is hierover tijdens
de begrotingsbehandeling nader te spreken.