25 juni 1987
- 31 -
vuldig omgaan met het personeel -dat is overigens een statement dat wij
onderschrijven- en hij heeft gezegd: zolang er geen andere bestuursstructuur
is, is het personeel in dienst van de stichting. Daarmee is zijn antwoord
op mijn vraag eigenlijk geweest dat er geen voorbehoud hoeft te worden
gemaakt met betrekking tot de brief van het bestuur van de Sportstichting
die wij vorige week zaterdag kregen, de brief van 19 juni en dat hij de
alinea die ik geciteerd heb, waarin het bestuur van de Sportstichting dat
zelfde standpunt uitdraagt, onderschrijft. Ik zet daartegen de brief van
24 juni van het college waarin gezegd wordt dat naar aanleiding van de
brief van 19 juni het college vasthoudt aan de opvatting dat de integratie
van het personeel van de Sportstichting in de nieuw voorgestelde ambtelijke
organisatiestructuur van de gemeente niet afhankelijk moet worden gesteld
-waarbij ik de nadruk leg op 'niet' omdat ik denk dat daar de crux van
het hele verhaal ligt- van de uitkomsten van de discussie over de bestuurs
structuur of daaraan gekoppeld moet worden. Ik denk dat we mogen stellen
dat de hele gedachte rond de bestuursstructuur van de Sportstichting iets
is dat de gemoederen in Soest bezighoudt en dat we er behoefte aan hebben
duidelijkheid te hebben bij alle betrokkenen over wat nu hun eigenlijke
standpunt is. Ik wil nu graag van het college horen of het collegestandpunt
inclusief alle leden van het college is wat in uw brief van 24 juni staat
of dat het zo is dat één van de leden van het college met betrekking tot
het punt van de overgang van het personeel van de Sportstichting meent
dat het afhankelijk moet zijn van uitzichten op de bestuurlijke structuur,
wat naar mijn gevoel dan toch moet worden aangemerkt als een minderheids
standpunt met betrekking tot de reorganisatievoorstellen. Ik wil graag
duidelijkeheid hebben wat nu het standpunt van het college is. Ik heb liever
dat u eerst even schorst om die duidelijkheid te formeren, maar ik stel
nu vast dat wat door de portefeuillehouder wordt gezegd niet strookt met
wat op papier staat in uw brief van 24 juni en in de reorganisatievoorstellen.
Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, politieke veronderstellingen stroken
niet altijd met de feiten, feiten kunnen soms wel kloppend worden gemaakt.
Kloppend maken wil zeggen dat er meer moet gebeuren dan nog een extra antwoord
van het college, want wij zijn tevreden met het antwoord van het college
omdat het gebaseerd is op de feiten en de feiten variëren soms per dag
hier, zeker bij voorstellen die nog aan de orde moeten komen. Waarom komen
ze niet aan de orde? Omdat ze hier niet bij betrokken mogen worden, maar
wel meespelen. Rechtsposities worden niet op dit moment aangetast of aange
pakt. En of er een materieel verschil gaat ontstaan in rechtspositieregeling?
Ik heb net aangegeven in eerste instantie dat de rechtspositieregeling
voor de medewerkers van de Sportstichting als een overeenkomst tussen de
Sportstichting en de gemeente wordt toegepast. Dus een materieel verschil
zal er nauwelijks ontstaan. Wél een hiërarchisch verschil en dat was het
verschil in eerste instantie tussen de formele en de materiële werkgever.
Aangezien wij hier geen voorstellen doen tot opheffing van de formele en
materiële werkgever, kunnen wij niet op dit moment met dit raadsvoorstel
mensen overhevelen van de dienst van de een in de dienst van een ander.
Vandaar dan ook dat wij het juist vinden wat het college heeft aangegeven
-en dat zal ook in overleg zijn gebeurd, overleg van vandaag heb ik begrepen,
want gisteren luidde het iets anders- dat men inderdaad moet constateren
dat een aantal zaken nog even moeten wachten, dat nog eerst die zorgvuldige
besluitvorming, zeker richting werknemers waar ook de heer Van Gelder zo
voor pleit, nog moet gaan plaatsvinden. Daarom, mijnheer de voorzitter,
wij zijn op dit moment akkoord met de reactie van het college, ook met
betrekking tot de toezeggingen voor Groen en Recreatie. Laten we niet alles
vergeten omdat een paar dingen hoog opspelen. Groen en Recreatie kan ook
een zorgvuldige afweging krijgen en dat kan betekenen een samenvoeging in
één sector of opgesplitst, zoals nu uw voorstel is.