15 oktober 1987
- 3 -
dat scheiden aan de bron niet mogelijk maakt. Als u dan zegt: we hebben
gekozen voor een investering 1988-1991, dan denk ik dat u tegen gaat wat
u ons jarenlang voorhoudt, namelijk niet tussendoor investeringen plannen
voor een investeringslijst, maar alleen maar invullen. Financiën heeft
dat gedaan -ik denk terecht- op investeringen die in het nieuwe gemeente
huis terug komen, waarvan u mij niet kunt vertellen dat deze investeringen,
die hier op staan, een paternosterkast en een brandstofafgifte-apparaat,
dat die dan meegenomen wordt naar het nieuwe gemeentehuis. Vandaar dat
ik zeg: gebruik dan deze centen die je nu dan niet zou investeren om nu
het geld daarvoor ter beschikking te stellen.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Het betreft weer een financiële vraag, voorzitter,
maar ik wil nogmaals reageren op de probleemstelling. Inderdaad, reiniging
in algemene zin is een probleem van ons allen. Laten we daar heel goed
aan denken en we zullen het met z'n allen passend moeten oplossen.
Wethouder MENNE: Voorzitter, de jaarlast loopt dan door en de last van
die andere investering moet daarnaast worden geplaatst straks. Dus ik denk
dat de zaak dan alleen maar naar achteren wordt verschoven. Inderdaad heeft
u gelijk dat dan voor de tijd dat je de andere last niet hebt, deze last
daarvoor ingeplaatst kan worden, maar deze last is dan natuurlijk ook
structureel
Heer BOERKOEL: Dat bedoelde ik niet, mijnheer Menne. U bouwt een nieuw
gemeentehuis en u bouwt bij datgene wat u nu heeft nog een brandstofafgifte-
automaat en u bouwt in het bestaande gebouw nog een paternosterkast. Dat
vind ik nonsens, daar waar je besloten hebt een nieuwe investering te doen
in een totaal nieuw gemeentehuis. Vandaar mijn dekkingsverhaal
Wethouder MENNE: Ik blijf er toch bij om het op deze wijze te doen, voorzitter,
omdat wij het toch zien als een externe factor. Het is niet gelegen binnen
de sector,als zodanig mag het er extra bij als last.
VOORZITTERIk stel voor de discussie af te ronden en constateer dat de
heer Boerkoel geacht wil worden tegen te hebben gestemd, inclusief zijn
fraktie. De overige leden van de raad zijn voor het voorstel.
Het voorstel wordt aangenomen met de aantekening dat de fraktie van de
PvdA geacht wil worden tegen te hebben gestemd.
7. Voorstel tot verkoop van grond gelegen voor het perceel Clemensstraat 56
aan de heer D. Antheunisse te Soest.
8. Voorstel tot verkoop van grond gelegen in het plan Overhees III aan Bouw
bedrijf G.W. v.d. Grift B.V., gevestigd te Soest, voor de bouw van 26
gesubsidieerde woningen.
9. Voorstel tot verkoop van grond gelegen in-het plan Overhees III aan Bemog
Projectontwikkeling B.V., gevestigd te Kampen, voor de bouw van 18 ge
subsidieerde woningen.
10. Voorstel tot verkoop van grond gelegen aan het Zwarte Wegje te Soesterberg
aan de heren R. Geitenbeek en R.C. Geitenbeek te Zeist.
11. Voorstel tot verkoop van een perceel grond gelegen tussen de percelen
Molenstraat 59 en 63 aan de heer A.A. van Kolfschoten te Nieuwegein.
12. Voorstel tot verkoop van een perceeltje grond bij de flat Honsbergen aan