15 oktober 1987 - 17 - Heer KRIJGER: Ik weet niet wat de wethouder bedoelt. Ik dacht dat we meestal twee instanties hadden, er is nu in eerste instantie gereageerd en ik zou op grond van de opmerkingen nog een nadere reactie willen geven. VOORZITTEROmdat de wethouder dus niet reageerde op uw opmerking over het schepje, gaf ik hem daar nog even de gelegenheid toe. Wethuder VAN LOGTENSTEIN: Ik wil daar nog wel iets van zeggen, voorzitter. Wij zijn ingegaan op de reacties vanuit de commissies. Die reacties waren namelijk zodanig, dat men twijfels had over het verplicht stellen van het dragen van een schepje. Dat is inderdaad best wel, voor mensen die dat moeten doen, dat ze denken: wat moet ik nu met een schepje doen? Wij hebben dat in wezen nu tot andere middelen ook uitgebreid. Dat staat in de verorde ning, 'enig ander middel' en de bedoeling is heel uitdrukkelijk -daar gaat het tenslotte om- dat hetgeen de hond laat vallen, in de goot terecht komt. Het hele gebeuren van het schepje behelst in wezen om dat na te streven en waar dat niet gebeurt een middel te hebben om dat alsnog te laten doen door de man, de vrouw of de mens die met de hond daar loopt. Ik denk dat wij, door het uit te breiden naar ook andere middelen, grotendeels zijn tegemoet gekomen aan de ernstige bezwaren die er geweest zijn. Heer KRIJGER: Voorzitter, een aantal optimistische geluiden kunnen wij best onderstrepen. Dat wil zeggen dat wij hopen dat inderdaad een mentaliteits verandering ertoe zal leiden dat op de juiste wijze de hond wordt geleerd wat hij moet gaan doen. De proef slaagt echter eerder als die geloofwaardig is. Wij hebben grote twijfels aan de geloofwaardigheid ervan, zoals wat in uw aanvullende voorstel staat, dat bijvoorbeeld in vergelijking met de bromfietshelm het voordeel is dat je de gewenste mentaliteitsverandering kunt stimuleren. Nee, je kunt de controlemogelijkheid stimuleren van het dragen van het een of het ander voorwerp. Dat is heel wat anders dan een stimulering van de mentaliteitsverandering. Daarbij komt nog een opmerking. Met name in excessieve gevallen zal de politie ingrijpen. Is dat dan her haaldelijk het voorgeschreven schepje of middel vergeten? Nee, ik denk dat het erop gericht moet zijn dat een hond het op de juiste wijze leert doen. Ik denk dat de discussie daarmee gesloten kan worden, want wij vinden deze uitleg ten opzichte van het antwoord van de wethouder niet sterk. Wij zijn dus tegen het gebruik van schepjes of aanverwante voorwerpen. Heer VAN GELDER: Het is alleen jammer, mijnheer Krijger, dat de minister van justitie ons niet genoeg politie ter beschikking stelt om te doen wat u zo graag wilt. Heer KRIJGER: Het gaat erom wat wij de politie als prioriteit stellen, hij kan best als prioriteit krijgen: honden controleren. VOORZITTER: De heer Krijger heeft zelf gezegd dat hij de discussie wil beëindigen, dus het antwoord in tweede instantie van het college wordt niet op prijs gesteld en dat zullen we dus ook niet geven. Ik stel voor het voorstel aan te nemen, met de aantekening dat de VVD tegen het schepje is. Het voorstel wordt aangenomen met de aantekening dat de VVD-fraktie geacht wil worden tegen punt c. van het voorstel te hebben gestemd. Voorstel tot wijziging van de Algemene Verordening Soest (in verband met de hondepoepbestrijding) Het voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1987 | | pagina 214