16 november 1987
- 3 -
slde
je
dhaafd
ok
1
ncieel
u
r,
straat
en
der
;en
jven
iciële
.s
tar
:elijk
^den
)or-
ïder
<e
<en-
Lda-
r
cht.
praken
welk gedeelte als salarisstijging moet worden aangemerkt in vergelijking
tot de stijging van de salarissen van het secretariepersoneel g%) en
bij gemeentewerken 0%
Mijnheer de voorzitter, zonder tot in details af te dalen, wil ik nog een
aantal opmerkingen plaatsen met betrekking tot een paar beleidsterreinen.
Allereerst het automatiseringsbeleid. De vrees bekruipt ons, dat we een
gigantisch systeem aan het opbouwen zijn waarvan de kosten straks de baten
verre zullen overtreffen. De deelnotitie die u in december a.s. hoopt aan
te bieden, zal een duidelijk gestructureerde visie met betrekking tot de
kantoorautomatisering moeten inhouden alvorens de CDA-fraktie u groen licht
zal geven.
De gemeente-reorganisatie verkeert nu in een stadium dat er straks mee
gewerkt gaat worden. Er is op dit terrein enorm veel werk verzet. Mijn
fraktie heeft zeer veel waardering voor de inzet en het begrip van het
personeel, alsmede voor het feit dat er geen gedwongen ontslagen zullen
vallen. Ik neem aan dat de desbetreffende raadscommissie per 1 januari
a.s. nog niet zal worden opgeheven. Er zal, dunkt ons, in de loop van volgend
jaar nog diverse malen overleg gevoerd moeten worden om eventuele knelpunten
binnen de nieuwe structuur te kunnen opheffen. Ik denk daarbij onder andere
aan uw toezegging, gedaan in de raadsvergadering van 25 juni j.1. aan de
frakties van VVD en CDA, met betrekking tot de opsplitsing van de afdeling
groen en recreatie, maar evenzeer aan de inpassing van de Stichting voor
Lichamelijke Opvoeding en Sport in de sector 2. Uw notitie dienaangaande
biedt ons inziens voldoende mogelijkheden voor een nieuwe structuur waarin
alle betrokkenen zich zullen kunnen vinden. De diverse modellen die in
deze notitie zijn genoemd, zijn geheel in de geest van het amendement dat
door de frakties van Progressief Soest, D'66, PvdA en onze fraktie in de
juni-vergadering zijn verwoord.
Met het beleid op het terrein van de ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
kan de CDA-fraktie in hoofdlijnen instemmen. Een paar kanttekeningen ter
zake wil ik echter nog wel maken. Het heeft ons verbaasd dat er in de nota
van aanbieding met geen woord wordt gesproken over de extra lawaaibelasting
in Soesterberg ten gevolge van de rijksweg A28 en het in voorbereiding
zijnde Compagnies Oefen Terrein. Ik mag toch veronderstellen dat het college
hierover bepaalde denkbeelden heeft? Welke zijn dat? Vervolgens zouden
wij er bij het college op willen aandringen om in de voorschriften van
de bestemmingplannen duidelijk aan te geven wat de hoofdfunctie is van
de in het bestemmingsplan op te nemen bestemming. Vooral met het oog op
de duidelijkheid naar de burgers toe, lijkt ons dit zeer gewenst.
Hoewel het aantal toegewezen en nog toe te wijzen contingenten aan onze
gemeente beperkt is, willen wij met name pleiten voor huisvestingsmogelijk
heden voor ouderen. De CDA-fraktie is van mening -en die zullen we zeker
niet alleen zijn toegedaan- dat we de plicht hebben om onze oudere mede
burgers de mogelijkheid te bieden hun vaak te grote woning te kunnen ver
ruilen voor een kleinere. Als gemeente zullen we daartoe minimaal een
voorwaardenscheppend beleid moeten voeren.
Ten aanzien van de voorgestelde verhoging van belastingen en tarieven wil
ik ook een paar opmerkingen maken. Een verhoging van 2%, zoals in feite
al werd afgesproken, is voor de CDA-fraktie derhalve aanvaardbaar. Maar
-en ik wees daar reeds op- we zullen met de reinigingsrechten, gezien het
tekort, aan 2% bij lange na niet voldoende hebben om de stijgende kosten
bij te houden. Of mogen we aannemen dat de afstoting van het compostbedrijf
voldoende financiële compensatie biedt? Maar evenzeer verdedigbaar is de
stelling om de dan vrijkomende middelen voor ander nieuw beleid aan te
wenden. Dan zou echter het reinigingsrecht drastisch moeten worden verhoogd.
Wellicht kunt u ons hierover wat nader informeren.
Tenslotte, mijnheer de voorzitter, een paar kanttekeningen bij het hoofdstuk
economische aangelegenheden. Het distributie planologisch onderzoek (DPO)
1W
