18 november 1987 - 25 - Kinderboerderij, met alle consequenties vandien, niet zien zitten. We zijn met een stapsgewijze aanpak begonnen en we proberen heel serieus de problematiek terug te dringen en in beperkte zin oplossingen aan te dragen. Ik denk dat ook inhoudelijk de vraag gesteld zou moeten worden of de aard van de groep dusdanig is dat bij een geregelde opvang een bepaalde lokaliteit met beroepskracht en toeters en bellen men wel gebaat is. Er is namelijk een duidelijk onderscheid te brengen in die groepen die gebruik maken van het sociaal-cultureel werk en de activiteiten die daar aangeboden worden, in welke zin dan ook en de groep die er sowieso voor kiest om op straat te bivakkeren. Vaak is de ene groep niet de andere en kun je denken dat je iets oplost, maar dan blijkt dat niet het geval te zijn. Dus ook die overweging draagt ertoe bij, naast de nodige problematiek die er toch al extra uit zou voortvloeien, om dat niet te doen. We denken dat de stapsgewijze aanpak die we nu plegen, wat wil zeggen dat we op het grote trapveld naast de Dorpsstreek een zitkuil gaan monteren, we proberen dat in goed overleg en met bijdragen van de betrokken jongeren te doen, dat dat al een aanzienlijke bijdrage zal zijn. We proberen nog in de sfeer van de toeters en bellen op een eenvoudige wijze daar nog wat aanvulling op te plegen. Tegelijkertijd wordt VOORZITTERMag ik even onderbreken? Ik zie de journalisten het woord 'zitkuil' opschrijven. Hoe de definitieve vorm zal zijn, weten we nog niet. Een zitkuil geeft meteen een bepaald beeld, dat moet niet. Het wordt een voorziening, in overleg met de jongeren te bouwen. Wethouder KINGMA: Het lijkt zo groot, dat het ook een ligkuil kan zijn en als je wilt staan, mag dat ook. Ik heb begrepen uit de tekening dat het zelfs de vraag is of je het een kuil kunt noemen. Het is in ieder geval een duidelijk gestructureerde ontmoetingsplaats en we kijken of we er nog wat extra's aan kunnen gaan doen. De aanpak ten aanzien van de oudere jeugd in Overhees is niet alleen die, maar is er tegelijkertijd ook één waarbij heel duidelijk de meest betrokken ouders ook heel nadrukkelijk benaderd zullen worden en er ook maatregelen in de sfeer getroffen zullen worden die met de plek te maken zullen hebben die nu zoveel overlast geeft. We zullen dat stapsgewijs doen, de ontwikkelingen zorgvuldig volgen en alle betrokken partijen zullen daar hun bijdrage in moeten leveren. We hopen dat dat het probleem uit de wereld helpt. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, ik heb in een bepaalde volgorde een aantal moties voor mij liggen, onder andere over het openluchttheater, het verzoek om een bedrag van 8.000,= te bestemmen voor het noodzakelijke onderhoud. Dat wil het college honoreren uit incidenteel 1987- Dan de motie van D'66 aangaande de garantieprijs oud papier. Dat is vooral met deze grote stapel moties een heel actuele zaak, denk ik. Het is een motie die het college bijzonder aanspreekt en u verzoekt ons om bij wijze van proef in 1988 een methodiek en een systematiek op te zetten en uit te voeren. Wij denken dat we binnen het kader van het totaalpakket van de reinigingsmaatregelen dit kunnen meenemen. Dat is hetgeen ik u kan zeggen. Er wordt zeer positief tegenaan gekeken. Heer EBBERS: Betekent dat dat daar dus nog nader over gesproken wordt? Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Er staan hier een aantal zeer concrete gegevens in, mijnheer Ebbers, dat betreft in wezen de garantieprijs die is gesteld, er zijn een aantal zaken ingevuld die misschien op het moment dat je het wilt invoeren een andere waarde moeten hebben. Maar het idee, de suggestie nemen wij zeker mee. De methodiek zullen wij bij wijze van proef gaan invoeren. 24 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1987 | | pagina 314