22 januari 1 987
- 2 -
voor studerenden die een bedrijf zouden willen beginnen en die op elke
manier dan alle mogelijke ondersteuning zouden hebben van een bureau als
Job Creation is. Vandaar mijn vragen en ik wacht in spanning uw antwoord
af
Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, de eerste vraag luidt:
Kan het college de redenen waarom de gemeente Soest niet tot deelname
heeft besloten, uiteenzetten?
Het gaat dus om deelname aan Job Creation. De redenen waarom Soest niet
tot deelname heeft besloten hebben te maken met budgettaire redenen en
daaraan verbonden prioriteitsstelling binnen de sector. Vraag 2:
Wat is het bijzondere van de situatie van de gemeente Soest ten
opzichte van de andere gemeenten die wel participeren?
Wij zijn van mening dat Soest in deze hele situatie niet zo bijzonder is.
We hebben geconstateerd dat in alle Eemlandgemeenten er ruimschoots is
gediscussieerd over al dan niet deelname aan Job Creation. Wij gaan ervan
uit dat in alle gemeenten bij die discussie een rol heeft gespeeld het
financiële aspect en het aspect van prioriteitsstelling, rendementsoverwe
gingen en mogelijk ook andere activiteiten die binnen die gemeenten hebben
plaats gevonden in dat verband, het verband van de werkgelegenheid. Als
je dan die afwegingen in al die gemeente ziet en je ziet dat de meeste
gemeenten na enig aarzelen wel zijn meegegaan, dan moet worden geconstateerd
dat in die gemeenten blijkbaar de prioriteitsstelling anders lag dan in
de gemeente Soest en dat wij wat dat betreft in die afweging hebben moeten
besluiten om niet deel te nemen. Vraag 3:
Is het college bereid zijn standpunt te herzien en op korte termijn
een voorstel voor deelname aan de gemeenteraad voor te leggen?
Mijnheer de voorzitter, op die vraag kan ik antwoorden dat het college
op korte termijn zijn gedachten op papier zal zetten, daarbij rekening
houdend met recente ontwikkelingen en recente feiten. Hetgeen dan op papier
is gezet zal aan de commissie worden voorgelegd ter beoordeling om te zien
of eventueel een aanpassing in het beleid noodzakelijk is.
Heer BOERKOEL: Ik begrijp, mijnheer de voorzitter, dat het college vooralsnog
op het standpunt staat dat de gemeente niet meedoet aan Job Creation. Het
standpunt dat op papier gezet wordt, is dat het standpunt dat tot dit moment
wordt aangehouden of zou dat ook een nieuw standpunt kunnen zijn, namelijk
deelname daaraan? Die vraag zou ik graag eerst beantwoord zien.
VOORZITTERU heeft dus nu een tweede termijn en ik heb u net voorgelezen
uit het Reglement van orde dat de vraagsteller de gelegenheid heeft na
het antwoord van het college, nog een korte vraag.te stellen. Die vraag
heeft u nu gesteld. Als u nog een vraag heeft dan wil ik daar nu de gelegen
heid toe geven, maar daarna heeft u niet meer de gelegenheid om het woord
te voeren.
Heer BOERKOEL: U zegt op vraag 1 dat u de reden waarom de gemeente Soest
niet meedoet, een budgettaire reden is. Als ik de berichten van de afgelopen
week in de kranten en de woorden van de wethouder financiën in de commissie
financiën mag geloven, dar. kan dat nauwelijks eer recen zijn. Het gaat
om een bedrag van maximaal in vier jaar tijd 160.COC,en er liggen mogelijk
heden bij Job Creation om via onderhandeling een minder bedrag tot deelname
te doen, zijnde 40.000,= per jaar over een periode van vier jaar. Dus
ik vind dat dat misschien een standpunt was op het moment dat u die innam,
eind november, maar zeker nu niet meer relevant is. De tweede vraag gaat
over de bijzondere situatie van de gemeente Soest. U heeft al aangegeven
dat Soest geen bijzondere situatie heeft waarom ze niet meedoet. De werkloos
heid is in Soest in vergelijking tot de andere gemeenten op dezelfde manier