12 -
25 augustus 1988
- 13 -
waarde van dit artikel voor Soest is en waarom wij zouden moeten goedvinden
dat u verbiedt dat bepaalde artikelen op de markt verhandeld worden.
Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, uit de discussie in de commissie
hebben wij begrepen dat u een nadere toelichting wenste op het neutrale
begrip 'artikelen'Omdat wij u ook hebben verteld dat bij het samenstellen
van deze verordening gebruik is gemaakt van een bestaande verordening
hebben wij gemeend dat te moeten opnemen, daarbij de vrijheid inderdaad
hebbend om in bepaalde gevallen van artikelen die op dat moment dat vragen,
de verkoop te verbieden. Om nu een indicatie te geven op wat voor artikelen
dat zou kunnen slaan, hebben wij de door u genoemde bekende garnalen
genoemd. Omdat wij niet kunnen voorspellen wat er op enig moment aan
artikelen verschijnt die in dit geval de gezondheid zouden kunnen schaden
lijkt het gewenst om, ook in navolging van de verordening die wij dus
hebben gevolgd, dat dan maar zo te doen, opdat wij snel kunnen reageren.
Als zich namelijk op een gegeven moment een geval voordoet waarbij een
snelle reactie noodzakelijk is en die niet omschreven is in de regelgeving,
zou je in de problemen kunnen komen als je eerst de commissie weer moet
gaan raadplegen. Het is gewoon om de regelgeving zodanig gestalte te geven
dat je in bepaalde gevallen aan de hand van dat neutrale woord snel kunt
reageren. Zo heb ik uw vraagstelling begrepen en zo heeft het college ook
bedoeld te antwoorden. Daarbij is het woord garnalen maar eens genoemd, ja.
Heer POTHUIZEN: Ik begrijp dat het misverstand bij de heer Plomp nog steeds
bestaat. Hij licht opnieuw artikel 8 lid 2 toe waarin u de mogelijkheid
gegeven wordt om bijvoorbeeld in verband met de volksgezondheid tijdelijk
maatregelen te treffen. Het lid 1 is een heel principieel artikel, het
geeft u namelijk gewoon de bevoegdheid om in te grijpen in bepaalde
vrijheden van burgers, oningeperkt. Er staat niet bij welke artikelen het
zou mogen betreffen en er staat ook niet bij dat het aan een termijn
gebonden is. Ik vind dat zo'n artikel, als u dat wilt toepassen, op een of
andere grondwettelijke bepaling moet rusten. Dat zie ik nog niet zo direct.
Ik zou u die bevoegdheid, tenzij u mij een goede reden geeft waarom u die
zou moeten hebben, niet willen geven.
Wethouder PLOMP: Ik heb inmiddels een betere tekst hier voor mij liggen.
Dat artikel 8 lid 1, daar zou je tegemoet kunnen komen aan hetgeen u
vraagt, zonder het dan nog verder over garnalen te hebben: "Het is verboden
artikelen, welke krachtens besluit van B&W, als bedoeld in lid 2 van dit
artikel, enz." Als je die toevoeging dan pleegt, zou daarmee dan de zaak
zijn opgelost?
Heer POTHUIZEN: Voorzitter, ik weet niet of ik al weer mag reageren, u bent
in diepe studie verzonken. Ik weet niet of het verstandig is om nu hier
ter plekke zo'n artikel te gaan amenderen. Dat komt de kwaliteit van de
regelgeving vaak niet ten goede. Ik vind het wel een erg principieel punt
en misschien is het dan verstandig dat wijnu we zolang met een oude
marktverordening geleefd hebben, dat op een ander moment definitief
vaststellen en eerst nog eens even kijken of het verstandig is om nu zo
maar een amendement hierin aan te brengen. Maar het is aan u.
VOORZITTER: Ik stel voor dat we de verordening wel vaststellen, maar
artikel 8 buiten beschouwing laten en dat nog eens even bestuderen en
eventueel daarop terugkomen. Maar dan kunnen we de verordening op zichzelf
gewoon door laten gaan.
it de
De 'Marktverordening der gemeente Soest' wordt zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld, met uitzondering van artikel 8, lid 1.