26 oktober 1988
- 14 -
door het college. Daar zijn we het allemaal mee eens? Akkoord.
Dan motie nummer 16, dat is de 1 miljoen van de WD voor toevoeging aan het
stads- en dorpsvernieuwingsfonds.
Heer KRIJGER: Daar wil ik graag nog wat op toelichten, want het antwoord
van het college is wat ons betreft niet helemaal bevredigend. Zeer subtiel
wordt genoemd vanuit het college 'wil intentie overnemen'Nu is net gezegd
dat wij hier niet gokken. Wij gokken er ook niet op dat het voldoende is,
dat wil zeggen dat volgend jaar misschien weer geprobeerd kan worden die
middelen daarvoor te krijgen, want het is niet toegevoegd, zoals ook het
college zeer subtiel antwoordt. Wat wij willen is dat ene miljoen dat in de
loop der tijd wel meer zal moeten worden, maar goed, het is een gebaar voor
dit moment, nu zijn er middelen voor die je direct kan laten aansluiten op
plannen die al gereed zijn voor woonverbetering zelf binnen de woningbouw
verenigingen die dat aangaat. We hebben er voorbeelden van gezien op de Eng
hoe dat keurig kan aansluiten als de woningbouwverenigingen en andere
toegelaten instellingen bezig zijn met woningverbetering en de gemeente in
de pas loopt daarmee. Vandaar dat wij niet zeggen dat die 1 miljoen in
november al gebruikt moet kunnen worden, maar dan stellen wij -als u het zo
wilt overnemen- dat die 1 miljoen gereserveerd wordt en vooralsnog blijft
in het grondbedrijf, waardoor die middelen op één plaats blijven, maar wel
bestemd zijn voor stads- en dorpsvernieuwing extra. De bestemming daarvan
komt dan vrij bij de voorjaarsnota. Dat lijkt ons een middenweg. Als dat
niet kan, dan willen we de motie graag in stemming brengen.
Wethouder PLOMP: Gisteren is door mij gezegd dat de reservering in het
grondbedrijf zou blijven voor wat betreft het bedrag. Na overleg met het
college is besloten u mee te delen dat het college zal bevorderen dat er
voorstellen komen ter gelegenheid van de voorjaarsnota.
Heer KRIJGER: Dan trekken we de motie in. We blijven het kritisch volgen.
VOORZITTERDan gaan we naar de ombudsvrouw/-man.
Heer POTHUIZEN: Ik heb begrepen, voorzitter, dat u aan hetgeen in punt 1.
daarvan staat wilt voldoen en we dus in het voorjaar de gelegenheid krijgen
om over het eventueel instellen van dit instituut via de commissie a.b.z.
en mogelijk een raadsvergadering daarop te kunnen discussiëren. Heb ik dat
goed begrepen?
VOORZITTERWe kunnen in ieder geval discussiëren. Of dat meteen een
raadsvoorstel wordt, daar zijn we nog niet aan toe. Maar we gaan er in
ieder geval zo spoedig mogelijk over discussiëren met alle plussen en
minnen die eraan vastzitten.
Heer POTHUIZEN: Dat laatste vind ik in ieder geval een heel verstandige
zaak. Ik denk dat het dan goed is om te zeggen dat ik deze motie intrek, in
de veronderstelling dat de discussie niet in een keer afgelopen zal zijn.
VOORZITTER: Goed, motie ingetrokken. De motie over de vliegshows is
overgenomen, maar wel in de geest zoals ik die heb toegelicht. Akkoord?
Heer POTHUIZEN: Dat gaat mij wel wat te vlug, voorzitter, meestal mogen we
even reageren. Ik heb niet zo de indruk gekregen dat u die motie
overgenomen heeft, eerlijk gezegd. U hebt denk ik terecht een onderscheid
gemaakt tussen een 'open dag' waar je je opvattingen over kunt hebben en
datgene wat u dat noemt stuntvliegen' voor mij was dat het begrip