26 oktober 1988
- 19 -
afsluiting gedaan van alle meevallers en tegenvallers. Daarna gaat de klok
gewoon door en 31 december dan wordt de balans opgemaakt. Maar er zijn
natuurlijk niet alleen maar meevallers, er zijn bij het gasbedrijf ook wel
eens tegenvallers. U weet -en als u naar buiten kijkt ziet u dat ook- dat
wij een bijzonder mild voorjaar hebben gehad en een zeer milde nazomer. Het
gemiddelde gasverbruik tot nu toe is 19% lager dan over 1987. Dat betekent
dat u niet kunt verwachten dat er over 1988 sprake zal zijn van overwinst.
Het is zelfs zo dat wij verwachten uit te komen beneden de begrote winst,
ook die zullen wij u meedelen in 1989.
Heer POTHUIZEN: Voorzitter, ik verlang van de heer Van Logtenstein geen
prognoses over de winst. Overigens, het gaat goed, we zaten in augustus nog
25% erboven, in september was Yiet lager en ik hoor nu alweer een lager
getal. Maar het gaat ons om de procedure. Daar zou ik graag zeker van weten
dat we die procedure in 1989 nog een keer zo op tafel hebben.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Ik heb daar geen bezwaar tegen, omdat ik vind
dat dat de procedure is die wij tot nu toe als gebruikelijk hebben
overgenomen. Ik wil u toch wel een beetje uit de droom helpen als u
suggereert dat er in augustus plus 25% zou zijn. Dat is absoluut niet waar,
wij hadden omstreeks juni al een achterstand van 40% minder. Ik kan alleen
maar zeggen dat de verwachting nog steeds is: eind van bet jaar zitten we
beneden de begroting en als er overwinst is gaan we de procedure volgen die
we tot nu gevolgd hebben.
Heer POTHUIZEN: Het is niet gebruikelijk om in derde instantie te reageren
voorzitter, maar we hebben een leesmap. Die ligt in ons leeskamertje en de
directeur van het gasbedrijf is altijd zo vriendelijk om per maand de
inkoop daar neer te leggen, alsmede mee te delen hoe het met onze
graaddagen is gesteld. Ik heb de getallen daaruit onthouden en als ik dus
iets citeer dan doe ik dat zoals ik het daar gezien heb.
VOORZITTERIk zou willen voorstellen de discussie af te ronden op dit punt
en deze hoofdfunctie als afgehandeld te beschouwen.
4Onderwij s
Heer VERHEUS: Mijnheer de voorzitter, ik zou aan de hand van het antwoord
van de wethouder op die motie over de Londo-norm terugkomen bij het
hoofdstuk onderwijs. Het antwoord heeft in die zin toch consequenties denk
ik, het college zegt: wij zullen én het leermiddelenpakket en de gebouw-
afhankelijke uitgaven op de Londo-norm brengen. Dat wil zeggen dat de
groenvoorzieningen voor een deel betaald zullen worden door de afdeling
groenbeheer, dus uit een andere pot dan de eigenlijke pot die ervoor
bestemd is. Houdt dat dan meteen in dat het bijzonder onderwijs ook bij de
gemeente kan zeggen: gemeente, u heeft een plantsoenendienst en wij hebben
een tuin die veel groter is dan de Londo-norm, wij verkeren in identieke
omstandigheden, doe onze tuin er gelijk ook even bij
Heer MEILOF: Voorzitter, ik heb tot nog toe met een ander argument
geprobeerd deze zaak tegen te houden, want ik ben er in die zin niet zo
gelukkig mee dat mijns inziens de verdeling van dit soort gelden ook te
maken heeft met de situering van een plaats in Nederland. Soest is een van
de plaatsen met de gelukkige omstandigheid dat wij in het groen wonen. Dat
beteken ook dat daar op die manier een stuk van het onderwijs goedkoper
plaats vindt. Ook de leermiddelen op dat gebied zijn goedkoper, als het om
biologie - onderwijs gaat, om een stuk van de natuureducatieomdat men geen