- 6 - rie Soest ~i veld i een op Bij als ;n ïzien :er >en met len r nu loen innen op de >k in rordt tukj e van e rd op ijk ngen, denk n edrag arvan iet e heer n tot is aden t Dok raad 15 december 1988 - 7 - een voorstel is gedaan. Met betrekking tot die toekomst mijn tweede opmerking. De heer Boerkoel stelt dat als deze uitgaven worden gedaan dat mogelijk tot problemen zou kunnen leiden als er mogelijk bezuinigingen zouden komen. Ik denk dat dat over de hele linie, over allerlei activiteiten in deze gemeente dan wellicht een probleem zal worden. Ik hoop dat ook dan weer tot een juiste verdeling van de pijn zal kunnen worden gekomen. Dat moment is er nu niet en ik kan dus wat dat betreft ook niet in de toekomst kijken, maar ik neem aan dat we dan weer een verdeling van de pijn zullen kunnen komen. Heer BOERKOEL: Een paar opmerkingen, mijnheer de voorzitter. Ik denk dat ik de brieven van de verenigingen gestuurd in maart aan de Sportstichting aan de heer Plomp na deze vergadering ter hand moet stellen. Daar staat dat zwart op wit. Daarna is er de evaluatie geweest en daar heeft de heer Plomp gelijk in, over dat stukje gras waarop getraind werd om de proef te doen met trainen op gras; dat is afgewezen. Het trainen op gras op dat kleine stukje was gedoemd te mislukken. Derhalve hebben toen de verenigingen op voorstel van het bestuur van de Sportstichting gekozen voor het feit dat als er niet getraind mocht worden op gras, dan het liefst op die Stergrazo velden. Dat is een iets ander verhaal dan u nu vertelt. Als u zegt dat de verenigingen blij zijn met dit voorstel, dan is dat heel duidelijk, want ik heb net al aangegeven dat trainen op gravel voor een voetbalverenigingen erg vreemd is en erg slecht is. Je kan de voetbalsport niet beoefenen op gravel. Als je dan niet mag trainen op gras, dan is het natuurlijk logisch dat je daarna blij bent met de situatie zoals die hier voor ligt, namelijk trainen op een Stergrazo veld. Dat is ook niet zo moeilijk. Dan de laatste opmerking, mijnheer de voorzitter, op het moment dat er bezuinigd zou moeten worden, wordt dan de pijn door de gemeenteraad over de hele gemeente verdeeld? Dat is wel juist. U zegt daarbij: wie dan leeft, die dan zorgt, maar ik denk, mijnheer de voorzitter, dat we niet leven bij de dag. Als je een beleid uitstippelt voor meerdere jaren, bijvoorbeeld tot 1991 dat het een beleid is dat berust op ervaringen die ook elders gedaan zijn. Misschien ware het beter om deze gelden, de driekwart miljoen, te besteden op een manier zoals ook de verenigingen in het laatste overleg (heb ik begrepen uit de krant) gevraagd hebben aan het nu zittende bestuur: om eventuele investeringen na de datum tot waar de investeringen nu lopen, in te vullen. Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, ik zou kort willen zijn, omdat voor degenen die vaker met deze materie in aanraking zijn gekomen, er anders mogelijk een herhaling van zetten zou plaatsvinden. Ik denk dat we dat hier niet zouden moeten doen. De heer Boerkoel heeft mij toegezegd mij een aantal brieven ter hand te stellen. Ik denk dat we de brieven hebben, maar voor controle zou ik ze graag van hem ontvangen. Ik kijk dan ook even naar de toekomst en ben gaarne bereid als ik in de toekomst brieven ontvang die het tegenover gestelde dus aangeven, deze ook aan hem ter beschikking te stellen. VOORZITTER: De discussie is hiermee afgerond. Ik neem aan dat het voorstel wordt aanvaard. Heer BOERKOEL: Ik denk dat u even moet laten notuleren dat de PvdA geacht wil worden tegen te zijn vanwege de beleidskwestie die erachter zit, niet vanwege het feit dat wij ook vinden dat er trainingsfaciliteiten moeten zijn voor de voetbalverenigingen. 1 de ir i

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 410