15 december 1988 - 25 - moment om ook te zeggen: wij zien het graag in de commissies van januari voor de raad van februari. Dat is een versnelling en ik denk dat het best een discussiepunt mag zijn bij het stemmen hierover. Ik zou graag op die situatie willen ingaan. VOORZITTER: Ik stel dus nu definitief voor om de zaak in stemming te brengen. Het collegevoorstel ligt voor. Heer VISSER: Nee, u moet eerst het verdergaande voorstel in stemming brengen van de heer Krijger en consorten. VOORZITTER: Mijnheer Visser, ik ben nog niet uitgesproken. U ontneemt mij het woord en dat is toch onmogelijk. Ik weet precies hoe het gaat en ik weet ook exact de intenties die hier allemaal achter zitten: belangrijk is dat wij aan die wijk laten zien dat wij zo snel mogelijk daar iets willen doen. Daar gaat het om en daar zal iedereen hier het over eens zijn. Het enige is dat het ordelijk moet gebeuren. Wij hebben gezegd: dit is ons voorstel en in deze geest wordt 't Hart behandeld. Dat is het enige wat wij aan toezeggingen op dit moment kunnen doen. Ik vraag de heer Krijger of hij daarmee akkoord gaat. Of wilt u een aanpassing van het voorstel? Heer KRIJGER: Misschien is de techniek mij niet helemaal duidelijk omdat ik mij meer tot de inhoud bepaal. VOORZITTER: Mag ik u de techniek dan even uitleggen? Als u het niet eens bent met het voorstel, omdat u het voorstel wilt aanscherpen, wilt vervroegen, dan dient u bij deze een voorstel in hoe het voorstel dan wel zou moeten luiden. Heer KRIJGER: Ik sluit aan op het laatste wat door het college is gezegd voordat u aan het woord kwam. Ik heb beluisterd dat de heer Plomp heeft gezegd dat het technisch -het is een technische discussie geworden, helaas, heel saai voor sommige dingen- ook zou kunnen in januari in de commissies en in februari in de raad. Dan is er een duidelijk gebaar gemaakt: de vertaling van de sympathie vanuit de hele raad om iets te gaan doen aan 't Hart en omgeving. Die klank zou ik graag naar buiten willen brengen. Het vormgeven eraan, dat mogen de mensen doen die beter in regels zijn dan ik. VOORZITTER: Ik zou graag de heer Plomp dan nu het woord willen geven om te zeggen wat hij wel gezegd heeft. Wethouder PLOMP: Dat zal straks uit de notulen blijken, mijnheer de voorzitter. Ik wil het nog wel een keer zeggen. Er ligt hier een collegevoorsteleen procedurevoorstelIk heb geconstateerd dat naast het collegevoorstel er een suggestie is gedaan de zaak naar voren te halen. Ik heb daarna gezegd: de raad zegge het maar. Heer VAN GELDER: Voorzitter, dan wil ik daar toch op reageren. Het gaat nu wel over de kwaliteit van de voorstellen die we hier krijgen. Dus even los van de inhoud van het voorstel zelf. Voorstel 11 is van deze agenda weg, dat had volgens mij ook iets met de kwaliteit van het voorstel te maken. U schrijft in het raadsstuk 88-239 als het gaat over de stukken van de stads en dorpsvernieuwing, de derde alinea: "Een en ander is alleen mogelijk wanneer de plannen ook kunnen worden ontwikkeld en uitgevoerd. Hierover zal nog een ambtelijk advies worden voorbereid. Dit advies zal worden geïntegreerd over een notitie etc. En dan geeft u aan dat het behandeld zal worden in de commissievergadering ruimtelijk ordening van 28

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 428