29 juni 1989 - 17 - wordt. Wij hebben het er eens te meer moeilijk mee, omdat wij ons nog herinneren dat wij op 14 december 1988 van wethouder Van Logtenstein, maar ongetwijfeld namens het college, in de commissie bedrijven in het bezit gesteld zijn van een fraaie nota "Energiebesparing in de gemeente". Daar komen conclusies en aanbevelingen in voor, zoals het hoort. Daarin staat dat de gemeente zich aangemeld heeft voor deelneming aan het provinciale actieprogramma energiebesparing. De relatie tussen dit rapport en de besluitvorming die u nu aan ons voorlegt, zou ik nog eens toegelicht willen horen. Heer BLAAUW: Voorzitter, in het kader van de energiebesparing, waar we toch vroeger al eens mee bezig geweest zijn en ook nu weer de aandacht voor vragen in de komende tijd, hebben wij ook in de commissie al eens gezegd: als je energie kunt besparen, hoeft dat niet altijd direct een financiële besparing te zijn, je zou er ook wat geld voor over kunnen hebben om energie te besparen. In het kader daarvan lijkt het misschien wel wenselijk om dit voor deze school wel te doen. Dus wij voelen daar wel veel voor, ook omdat je anders als gemeente denk ik een beetje irreëel bezig bent. Wij gaan met een wethouder van bedrijven in de bedrijven de komende tijd weer zeer serieus over energiebesparingen praten, op scholen, op gemeentelijke gebouwen etc. Daar komt ongetwijfeld isolatie en dubbele beglazing, maar ook warmtegebruikradiatoren afstellen en al dat soort dingen weer ter sprake. Ook daar heeft de commissie bedrijven -dat is natuurlijk iets anders dan de commissie onderwijs- al eens gezegd: energiebesparing, om dus niet alles direct op te souperen, mag best eens geld kosten, want het levert in de toekomst ook weer wat op. Ik geloof dat we het zo moeten zien. Ik vraag me dan ook af of het niet wenselijk is om deze beslissing ook die kant uit te laten gaan. Mevrouw TOMASSEN: Mijnheer de voorzitter, in de commissie bedrijven heb ik al een keer eerder gevraagd om energiebesparing, ook op gemeentelijke gebouwen en dus ook op onderwijsgebouwen. Ik denk dat we dit moeten overwegen en dat we dit nader moeten bekijken, waarbij je de zaken tegen elkaar afweegt. Ik denk dat het uit milieu-overwegingen dit zeker waard is, maar omdat de ruiten, ook dubbel glas, veel ingegooid worden op scholen, moeten we al die zaken maar eens op een rijtje zetten. Ik denk dat voorzetramen niet zo praktisch zijn, want dan kan je geen ramen meer open zetten. Maar ik wil ervoor pleiten de zaak gewoon nog eens te onderzoeken, zet alles eens op een rijtje, kijk eens wat het precies kost en neem dan een besluit. Heer VERHEUSMijnheer de voorzitter, we hebben het allemaal over energiebesparing en natuurlijk hebben we allemaal een beetje gelijk. Maar er is gezegd, ook door het college in de beantwoording, als we bij de renovatie van deze school dubbele beglazing zouden gaan toepassen, dan krijgen we alle andere scholen ook. Ik denk dat dat ook juist is. In het kader van die renovatie passen weliswaar nieuwe kozijnen, maar zo gauw je die nieuwe kozijnen bovendien gaat voorzien van dubbele beglazing, dan is het buiten het programma dat het ministerie goedkeurt en dan krijg je natuurlijk alle andere scholen die zeggen: wij ook, wij willen ook graag minder energie verbruiken. Het werkt natuurlijk door in de exploitatie van de scholen, zowel voor openbaar als voor bijzonder onderwijs. Ik zou daar van de kant van het college graag een duidelijk antwoord op hebben, of dat juist is, of dat we kunnen zeggen: deze school is nu aan een grote renovatiebeurt toe en in dat kader kun je het doen zonder precedentwerking. Als dat zo is, dan is het wat anders, maar ik denk dat het niet zo is. Daarover zou ik graag zekerheid hebben.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 192