29 juni 1989
- 33 -
Soester Duinen, dat heel wat huizenbezitters of niet-bezitters graag een
stukje grond daar willen hebben. Ik denk dat je daar heel riant kunt wonen.
Maar zo zijn we niet getrouwd. Het is juist dat u eerst de bestemming
wijzigt en dat u dan de grond voor verkoop aanbiedt. Zo gaat het ook in de
speelruimtenota, wanneer daar op een gegeven moment je iets wilt op een
bepaald plekje, dan wordt dat wel terdege afgewogen. Zo niet hier. Als de
heer Beijen zegt dat de procedure misschien wel juist is, dan wijs ik erop
dat aanstaande dinsdag nog brieven op de agenda van de commissie staan van
Heuvelwegbewoners die die brieven geschreven hebben en die dus dinsdagavond
besproken worden. Kortom, als wij nu al dit stukje grond gaan verkopen, dan
denk ik dat het alleen om het geld te doen isIk denk dat er nog wel meer
belangen zijn dan alleen het vangen van geld.
Wij stellen dus voor om dit stukje nog niet te verkopen en eerst af te
wegen wat daar wel kan en wat daar niet kan.
Ook ik heb mij verbaasd dat vandaag die twee bomen daar zijn omgehaald. Is
dat door de gemeente gebeurd? Wie heeft daartoe de opdracht gegeven? Ik wil
graag weten waarom dit soort dingen gebeuren, terwijl eigenlijk de zaak nog
niet verkocht is
van
nu
Heer VAN DEN BREEMER: Mijnheer de voorzitter, wat betreft de twee
voorgaande sprekers en de procedure in deze zaak, dat verbaast mij
bijzonder dat zij met deze constatering komen. Ik wil er even op wijzen dat
het college de commissie r.o. op 29 november 1988 dit punt heeft
voorgelegd. Het is in de commissie besproken dat dit eventueel via een
artikel 19-procedure op deze manier tot stand zou kunnen komen. Vervolgens
is er op 1 juni in de financiële commissie een voorstel gekomen om dit dan
in de vorm van een te verkopen perceel aan te bieden. In beide commissies
is met name de WD, maar ook alle andere raadsleden op de heer Visser na,
hiermee akkoord gegaan. Nu komt in een keer de WD bij monde van de heer
Beijen met een totaal andere uitleg. Dat nog daar gelaten, wij zijn van
mening, mijnheer de voorzitter, dat de procedure zoals die tot nog toe
gevolgd is, volstrekt legaal is. Wij zijn dan ook voor dit voorstel. Niet
omdat wij de belangen en de waarde die de bewoners aan de Heuvelweg aan dit
stukje grond toekennen niet kunnen onderschrijven, maar wij vinden dat de
artikel 19-procedure een volstrekt juiste procedure is in deze, waarin de
belangen en de bezwaren die hierbij mee kunnen spelen op een juiste manier
kunnen worden afgewogen. Daar zou dan uiteindelijk de eindbeslissing van
afhangen. Dat houdt in dat de zaken die zowel door de heer Beijen als door
de heer Visser zojuist zijn gesignaleerd ook mij ter ore gekomen zijn. Dat
is naar onze mening volstrekt onjuist. Als hier vandaag bomen omgezaagd
zijn en mogelijkerwijs grondsonderingen hebben plaatsgevonden, dan ben ik
daar ook benieuwd naar wat het college daarmee doet en daarop zal
antwoorden
cht
e
Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, de heer Van den Breemer heeft in
principe gelijk dat je mag verwachten dat als een fractie in een commissie
vergadering een advies geeft, dat dan in de raad wel overeenkomstig zal
worden gehandeld. Het aantal uitzondering hierop is natuurlijk toch nog wel
groot. En gelukkig maar, omdat tussentijds heroverwegen mogelijk moet zijn
en kan leiden tot een uitkomst die wat afwijkt van de eerdere situatie. Het
is onze fractie zo vergaan. We hebben inderdaad in de commissie ruimtelijke
ordening en in de commissie financiën niet het standpunt van de heer Visser
gevolgd. We hebben in de tussentijd, mede naar aanleiding van hetgeen uw
antwoord is geweest in de commissie ruimtelijke ordening op onze meningen
met betrekking tot het werk van ruimtelijke ordening, nog eens een keer
gepraat over de manier waarop in Soest de artikel 19 toepassingen
plaatsvinden. Wij zijn op dit moment van mening, gegeven de commotie die
wij