20 juli 1989 - 7 - nu is aangeboden, niet de instemming van mijn fractie kan krijgen. Waarom? Welzijn is een terrein dat de komende jaren meer en meer aandacht zal vragen. Net is het ook door de heer Visser opgemerkt bij de notitie ouderenhuisvesting dat het zorgterrein meer zal moeten gaan doen. Dan komt bij ons de vraag die al erg lang speelt: wie doet wat meer? Nu is het zo dat als het niet in een samenhangend geheel van besluiten wordt onder gebracht, het een hap/snapbeleid gaat worden en dat wijzen wij af. Wij willen dus wel zover gaan op dit moment om te komen tot een herstel van de huidige voorzieningen. Eigenlijk had het onderhoud normaal in de begroting moeten zitten, dus we geven niets bijzonders, het had al lang moeten gebeuren. Het onderhoud kan onze instemming krijgen, het aanpassen voor het gebruik op dit moment door de huidige gebruikerde peuterspeelzaalkan ook onze instemming krijgen. Maar dat deel waarvan de activiteiten in samenhang moeten gebeuren met meer instellingen in heel Soest, het deel dat hier nu ad hoe zou kunnen gebeuren, wijzen wij af. Dat wil zeggen dat als er voorstellen op tafel gaan komen voor een ander bedrag, genoemd door de heer Baks, die wel onze instemming kunnen krijgen. Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, met uw voorstel zijn dus twee collegedragende partijen niet echt gelukkig. Ook wij zijn er niet echt gelukkig mee, maar om een andere reden. Het heeft toch teveel weg van goed geld brengen naar kwaad geld. Wij hebben al eerder kenbaar gemaakt dat onze opvatting is dat er maar één oplossing goed is: complete stenen nieuwbouw. Dat kost ook geld en mogelijk structureel afhankelijk van de te kiezen financiering, maar een deel van de meerkosten komt via lagere onderhouds kosten terug. De voordelen van nieuwbouw voor gebruikers, de lokatie waarbij bomen behouden kunnen blijven, de brandveiligheid, zijn overduidelijk. Wij zouden dus eigenlijk liefst een nieuwbouwvoorstel zien. Het is evenwel duidelijk dat de politieke haalbaarheid van wat u voorstelt en wat alternatief 3. heet -het minst slechte wat u biedt, dus voor ons eigenlijk het meest te pruimen- afwezig is. Dan kunnen we de haalbaarheid van een verdergaand voorstel dus sowieso vergeten. Ik wil volstaan met de vaststelling dat er nu een onwijze keus lijkt te worden gemaakt. Wij zouden uw voorstel graag willen steunen, noodgedwongen. Heer MEILOF: Voorzitter, ik kan het nog korter dan de WD. Ik volg in het geheel het CDA. Wethouder KINGMA: Voorzitter, ik denk dat ik er geen behoefte aan heb om een discussie die uitgebreid in de commissie is gevoerd, te herhalen. Ik denk dat ik niet anders kan dan constateren dat het erop lijkt dat de meerderheid van de raad niet verder wil gaan dan aanpassen van het huidige gebouw. Pas bij de notitie over het accommodatiebeleid wil men bezien in hoeverre uitbreiding, zoals in dit voorstel ook staat, aan de orde is. Overigens is die notitie zeker niet in november in discussie, maar ik denk in december. Ik moet zeggen, ik vind dat spijtig, want de heer baks suggereert een aantal dingen die niet terecht zijn. Hij suggereert iets te eenvoudig dat de huidige activiteiten eenvoudigweg door zouden kunnen gaan. Zo ligt het niet. Hij zou dan suggereren dat de gebreken in het huidige functioneren louter van de behuizing afhangen als het gaat om de kwaliteit van de ruimte. Dat is zeker niet het geval. Uit de stukken heeft u kunnen opmaken dat er zeker ook andere elementen een rol spelen in de sfeer van de beheersbaarheid. Dat maakt dat met de huidige ruimte deze activiteiten niet op een verantwoorde wijze verder kunnen gaan. De instellingen hebben die conclusie getrokken, met name de Stichting Jeugdzorg. Dat lijkt mij volstrekt helder. Ik denk dat het iets te eenvoudig is om dan gewoon het omgekeerde te beweren en dan aan te nemen dat dat juist is.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 220