20 juli 1989
- 23 -
gebeuren bij een begrotingsbehandeling, dan herinner ik de heren eraan dat
er al een aantal begrotingsbehandelingen zijn geweest waarbij dit soort
voorstellen op tafel lagen om wat voor de AROS te doen. Maar toen kwamen ze
weer met andere argumenten om het maar vooral niet te doen.
Inhoudelijk is er ook niet zoveel gezegd over de AROS, wat ik toch wel wil
doen. Wij vinden als Progressief Soest dat de AROS met de plannen die ze
hebben een heel belangrijke functie kunnen vervullen in onze Soester
maatschappij. Dan denk ik niet alleen aan de bejaarden waar we het net over
hadden, die allemaal straks alleen moeten gaan wonen en naar de radio, naar
de AROS kunnen luisteren. Ik denk gewoon ook aan het functioneren van de
voorlichting in Soest, aan de berichten die iedereen moet weten. Kortom, ik
vind gewoon dat de AROS nu eindelijk eens een keer uit die kleuterperiode
moet komen en als een volwassen omroep, dorpsomroep, stadsomroep, hoe je
het ook noemen wilt, moet gaan functioneren zoals dat in den lande al
zoveel gebeurt. Dan geef ik toe dat het alles te maken heeft met kwaliteit,
want de heer Blaauw heeft natuurlijk gelijk als hij zegt dat je af en toe
helemaal doodziek wordt van als die omroepen die je hoort en dat ze
allemaal dezelfde plaatjes draaien. Dan hoop ik dat de AROS inderdaad die
kant niet opgaat, maar een goede omroep wordt. Dus niet zoals de Kabel
krant, waar het wemelt van berichten over Laren, Huizen, Bussum, Hilversum,
en andere flauwiteiten. Dan denk ik wel eens: gebeurt er niets in Soest?
Kortom, u begrijpt dat wij geen enkele moeite hebben met de door u
voorgestelde gelden en dekkingen. We vinden dat de AROS eindelijk maar eens
een keertje gestalte moet krijgen.
Heer MEILOF: Voorzitter, wij vinden als GPV/SGP/RPF dat er in Soest al fors
wat kijk- en luisterplezier en kijk- en luisterellende is. Eigenlijk wel
genoeg. Wij hebben helemaal geen moeite met een AROS. De AROS mag bestaan,
mag functioneren op alle wijzen en als zij dat wensen, dan proberen ze daar
zoveel medestanders voor te vinden dat zij dat kunnen financieren met
elkaar. Dan komen daar prachtige plannen uit en dan wordt dat ook nog door
een belangrijk deel van de Soester bevolking gesteund. Wat is mooier?
Alleen, ik vind dat nu niet zo'n overheidstaak. Ik herken dat gewoon niet,
dat wij als overheid hierin ondersteunend moeten zijn. Daarvoor herken ik
ook onvoldoende in omroepen het gemeentelijk en het algemeen belang, dat
wij dat zouden moeten doen. Dus ik ben niet voor deze zaak.
Mevrouw MEIJER: Mijnheer de voorzitter, wat kan een lokale omroep betekenen
voor de burger en voor de democratie? Zeer veel. Een lokale omroep heeft
een zestal functies. Het geeft informatie, kritiek, opinievorming,
expressie, amusement, het activeert en het stimuleert. Informatie kan men
vrijwel onmiddellijk binnen iemands bereik brengen. Met dit massamedium kan
men de burger betrekken bij het plaatselijk gebeuren. We weten dat er veel
in Soest gebeurt wat het vermelden waard is. De burger wordt door dit
medium geëmancipeerd. Voor de wat oudere burger die niet meer zo mobiel is,
is het de kans nog goed geïnformeerd te worden over wat zich afspeelt in
Soest. Lokale omroep staat dichter bij de burger dan een regionale of een
landelijke omroep. Wij vinden dan ook niet dat we de burger dit medium
mogen onthouden. Maar misschien moet de raad nog even wennen aan deze
moderne mediavorm, alhoewel 300 gemeentes ons zijn voorgegaan en negen
miljoen mensen reeds naar lokale omroep kunnen luisteren. Wanneer men de
literatuur erop naslaat, kan men lezen dat in 1930 Berthold Brecht al
enthousiast was over de radio als communicatiemiddel en vooral lokale radio
zou de burger mondiger kunnen maken, wat de democratie ten goede komt.
Onbezonnen of ondoordacht is dit voorstel dus niet. In allerlei nota's en
beleidsprogramma's kom je de AROS en lokale omroep tegen. Daarom vinden wij
dat de tijd nu rijp is om tot een uitspraak te komen. Wel of geen lokale