21 septenber 1989
- 2 -
3. Ingekomen stukken.
Geen
4. Vragenhalfuurtje
Er zijn geen vragen binnengekomen.
5. Voorstel tussentijds bericht I - 1989.
Het voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
6. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor diverse gebieden.
Heer POTHUIZEN: Voorzitter, het stemt niet echt tot vreugde dat we
noodgedwongen, voor de zoveelste keer -de zevende, de tiende of de
veertiende keer- een voorbereidingsbesluit moeten nemen. Het stemt nog tot
minder vreugd dat het met zoveel ervaring in het doen nemen van
voorbereidingsbesluiten ook nog lukt om gaten te laten vallen tussen
opeenvolgende voorbereidingsbesluiten. Welke consequentie denkt het college
te verbinden aan schade die voortvloeit uit het laten vallen van die gaten?
En met schade bedoel ik dan onvermijdelijk te verlenen bouwvergunningen die
we eigenlijk, gelet op de ontwerp-bestemmingsplannen, helemaal niet hadden
willen verlenen. Met consequenties bedoel ik zowel ambtelijke, organisato
rische als politieke.
Wethouder MENNE: Bij schade ten gevolge van artikel 49 zal natuurlijk de
wet normaal worden gevolgd, indien dat plaats heeft. Indien het over andere
gevallen gaat, dan denk ik dat zeer zorgvuldig zal worden bezien op welke
wijze daaraan zal moeten worden tegemoet gekomen, c.q. aan zal moeten
worden voldaan. Dus ik kan op dit moment daar geen panklaar, concreet geval
voor wat u noemt aangeven. Maar het lijkt mij wel juist, voorzitter, dat
wij er de nodige aandacht aan geven, zodra zich zo'n geval zou voordoen.
Heer POTHUIZEN: Dank u voor de helft van het antwoord. Ik had ook gevraagd
naar de consequenties.
Wethouder MENNE: Dat ligt in het verlengde daarvan.
Heer POTHUIZEN: Wat gaat u er dan aan doen om te voorkomen dat zelfs maar
gaten vallen tussen het nemen van voorbereidingsbesluiten?
Wethouder MENNE: Het voorbereidingsbesluit. Het is zo natuurlijk: in de Wet
ruimtelijke ordening voorziet het niet laten vallen van gaten, dat ontstaat
door tijdig een voorbereidingsbesluit te nemen. Het is natuurlijk het
streven van het college om tijdig de voorbereidingsbesluiten te nemen,
zodat er geen gaten vallen.
Heer BEIJEN: Voorzitter, ik denk toch dat hier enigszins van een
misverstand sprake is. Het spreken over gaten in het nemen van
voorbereidingsbesluiten zou kunnen doen veronderstellen dat als je de
perioden aansluitend maakt, dat er dan niet de gelegenheid bestaat voor
mensen die belangen hebben in de gebieden waarvoor een voorbereidings
besluit wordt getroffen, niet op grond van het oude, nog steeds vigerende
bestemmingsplan nog bouwaanvragen kunnen indienen, die dan als het
voorbereidingsbesluit verloopt, ook gehonoreerd moeten worden als ze in