23 oktober 1989
- 39 -
stand zal brengen dan het huidige systeem van de parkeerzone. Ten aanzien
van de parkeermeters werden bij de voorbereiding van de reconstructie van
het winkelgebied Van Weedestraat -die kortgeleden is afgerond- ook door
zowel de winkelkring als Rijkswaterstaat twijfels geuit. Dus ja dat is
eigenlijk wat erover te melden valt. Het college neemt eigenlijk die mening
over dat het dus niet voldoende is om wat dat betreft wijzigingen aan te
brengen in de situatie.
Voor wat betreft de recreatie en groenbeheer in het kader van de
reorganisatie is het zo dat de door u genoemde evaluatie volgens mijn
zegsman vergezeld ging van het woord 'zonodig' in de verslaglegging. Het
eit dat het niet gebeurd is, zou kunnen aangeven dat het tot dit moment
niet zo nodig was. Toch is het zo dat bij het evaluatieproces van de
gemeentelijke organisatie, dat thans gaande is, ook wordt stilgestaan bii
het door u aangevoerde punt. Dus het krijgt wel aandacht, maar omdat
indertijd zonodig was toegevoegd in de verslaglegging is het blijkbaar niet
nodig geweest tot nu toe.
Voor wat betreft uw opmerking rond de recreatie en het belang dat het
college daaraan verbindt, staat -als ik mij niet vergis- op de gekleurde
pagina die u noemt dat het college vindt dat in verband met economische
aspecten de recreatie van belang kan zijn, omdat een ieder die ergens
recreeert op die plek bestedingen doet. Vandaar dat het erg belangrijk kan
zijn om recreatie in dat economische verband alle aandacht te gaan geven
W° 6n de PvdA' ik k°PPel dat even' de van die
100.000,- knelpunten verkeer. Wij zullen inderdaad -zoals ik al had
toegezegd namens het college- de zaak op een rij zetten en in de geest
zoals u dat hier tot uitdrukking heeft gebracht, de zaak voorbereiden en
aan de commissie voorleggen.
De PvdA heeft mij zojuist een boekje geschonken. "De aanhouder wint". Een
prachtige titel, dank u zeer. We zullen het boek bekijken.
De lokaties door u ingevuld met de eigenaars bespreken heeft op dit moment
geen zin, omdat ik weet dat de eigenaars van die stukken grond die u
bedoelt op dit moment met anderen in onderhandeling zijn over andere zaken.
Maar wij zien ze misschien binnenkort nog eens, hetzij ambtelijk, hetzij
bestuurlijk. Dan zullen wij uiteraard mededeling doen van hetgeen hier in
de raad namens uw partij is opgemerkt.
Dan voor wat betreft uw opmerking: wat is verder te besteden voor de sport?
Ik heb aangegeven dat er geen relatie is gelegd indertijd tussen de
totstandkoming van een overdekt zwembad en wat verder voor de sport
beschikbaar was. Wat dat laatste betreft is het zo dat bij de stukken die
ter inzage hebben gelegen en die u ook heeft, ik denk aan de meerjaren
begroting enz. is aangegeven wat verder voor de sport beschikbaar is Ik
wil nog wel even intern overleggen of het zinvol is om voor woensdag'nog
even een briefje neer te leggen waar alles staat en wanneer wij met de
sporters overleg hebben gepleegd. Ik wil dat intern nog even bespreken,
opdat dat overzicht u ook niet ontgaat.
Voor wat betreft Progressief Soest. De beeldentuin is al behandeld.
De marktcommissie. Ik zal uw verzoek overbrengen en wij wachten dan de
reactie af. Ik kan mijn eerste antwoord niet zo variëren dat ik nu een
ander antwoord geef. Maar ik wil dan de marktcommissie wel informeren dat u
die commissie graag in de commissie r.o. zou willen zien.
Voor wat betreft de maneges, de zaak naar voren halen. Ik denk niet dat ik
dat zonder overleg mag toegeven. Dat zou eerst bekeken moeten worden.
Voorshands hou ik mij aan de genoemde periode, voorjaar 1990 voor wat
betreft de discussie rond het paardengebeuren.
Dan is het zo dat bij de voorbereiding van de motie met betrekking tot de
Kinderboerderij u zegt: overleg eerst met de Kinderboerderij voordat u
verder gaat. Uiteraard zal dat in ieder geval in het college met de collega