25 oktober 1989
- 16 -
muziekschool hebben. We hebben een brief gekregen van de muziekschool
waarin zij zeggen dat de wachtlijst enorm groot is. Zes mensen staan op een
wachtlijst die niet aan de beurt komen. Wij zouden willen vragen om deze
mensen toch te helpen dat ze aan de beurt komen. Het gaat om 4500,- en
dat zou uit incidenteel betaald kunnen worden. Wij vinden dat het
ontzettend jammer zou zijn als deze mensen helemaal niet aan de beurt
kwamen.
Nog even over het welzijnsplan. Het welzijnsplan is wat summier, maar daar
hebben we alle begrip voor omdat alle tijd gestoken is in het oprichten van
een federatie. We vinden het jammer dat de federatie niet doorgaat. Wij
hadden ook een aantal vraagtekens, gewoon naar de realisering, maar dat
ging met name om wat er na die twee jaar zou gebeuren, waar de financiën
vandaan gehaald zouden kunnen worden. We hebben twee brieven gekregen. Het
is heel goed dat wij nog eens met de commissie welzijnsplanning gaan
praten. Uit de andere brief blijkt dat er toch een of andere samenwerking
is met de zes instellingen. Daar zou uit kunnen voortvloeien dat het toch
financiële consequenties zal hebben, vanwege die samenwerking. Dan vinden
wij dat die ruimte geschapen moet kunnen worden om dat te realiseren.
Wethouder KINGMA: Voorzitter, om op de opmerkingen van de heer Baks in te
gaan, ik denk dat ik meer voel voor de suggesties van anderen in deze raad
om, als het om communicatie met anderen gaat, niet over ze te spreken, maar
met ze te spreken. Ik denk dat het weinig zin heeft om alleen in de
raadscommissie zonder de commissie welzijnsplanning over de communicatie
met die commissie welzijnsplanning te spreken. Ik vind het verstandiger om
de commissie dan maar uit te nodigen. Dat lijkt mij overigens ook terecht
interessant als het gaat om de suggestie om met de instellingen die de
federatie i.o. vormen maar hetzelfde te doen, ingaand op de suggestie die
ook de heer Krijger heeft gedaan. Ik denk dat dat goed is voor de nodige
duidelijkheid ook zoals die bestaat na deze raadsvergadering, waar de
instellingen dan weer verder mee moeten. Datzelfde geldt natuurlijk ook
voor de commissie welzijnsplanning.
Toch nog even over de manier waarop de commissie welzijnsplanning dat heeft
gedaan. Ik denk dat het moeilijk is om af te wachten tot over enige tijd
(volgende week donderdag, geloof ik, waarbij de notulen van de vorige
vergaderingen worden goedgekeurd) de raadsvergadering achter de rug is. Om
dan te zeggen: we sturen nog een brief, want er zit ons iets dwars over een
raadsvoorstel dat er eerst was en naderhand is ingetrokken. Dus ik begrijp
op zich heel goed dat de commissie welzijnsplanning gewoon een brief heeft
geschreven en overigens is die volstrekt voor hun eigen verantwoordelijk
heid
Als het gaat om de federatie i.o. en onduidelijkheid over de afzender, dan
is het in ieder geval zo dat ik weet dat in goed gezamenlijk overleg al die
instellingen hebben besloten tot het versturen van deze brief. Mogelijk dat
in de haast de vormgeving misschien niet helemaal die is geworden zoals die
zou zijn als je beschikt over een p.c. met een uitgebreide opmaak of waar
het briefhoofd al automatisch inzit. U kunt ervan overtuigd zijn dat
afgelopen woensdagavond die instellingen om de tafel hebben gezeten en van
harte deze brief onderschrijven.
Ten aanzien van de R.M.A. valt te melden dat een en ander in het college is
besproken en het college op dit moment geen mogelijkheden ziet om daar een
oplossing voor te vinden, omdat het zou betekenen dat je misschien dan iets
doet wat ook bij andere instellingen wel zou kunnen spelen. Dan zou het uit
een oogpunt van rechtsgelijkheid mogelijk toch wat ongelukkig zijn. Voor
alle duidelijkheid: in de brief staat dat de wachtlijst 75 is. De suggestie
van mevrouw Meijer betreft de zes mensen die langer dan een jaar op de
wachtlijst staan.