25 oktober 1989 - 15 - eventjes niet namens iedereen in het college- door dat buitenbad te besparen, waardoor er wat dat betreft mogelijk op andere punten wat geld overblij ft Dan vervolgens zegt het CDA: het contract ontbreekt. Ik heb daar al iets over gezegd, wij hopen daar dus dichtbij te komen. Het taakstellende krediet hebben wij eigenlijk van het begin af aan meegekregen, bij het overleg aan het begin van deze raadsperiode hebben wij daarover afspraken gemaakt wat het budget zou zijn. Wij hebben natuurlijk daarbij begrepen dat het inderdaad toen al rond een miljoen lag. Daar hopen wij dan ook onder te blijven, als het even kan. Mochten zich ontwikkelingen voordoen, dan is het een goed gebruik om dat in de commissie te bespreken. Wij hopen dat wij wat dat betreft conform de afspraken zullen kunnen blijven werken en dat we niet met onverhoopte zaken in de commissie zullen moeten komen. Het privatiseren, zegt u, is geen doel op zichzelf. Ik denk dat wij het daar als college over eens zijn, omdat het met name mogelijk kan zijn dat je als gemeente ook bepaalde dingen in staat bent goed te doen. U zegt dat er een moment kan komen dat we dat uit zullen moeten maken. Op dit moment zijn we met de privatiseringsgedachte aan het verder gaan. U geeft aan dat, mochten zich daarin ontwikkelingen voordoen, dan aan contractmanagement kan worden gedacht. We nemen dat gaarne mee. De WD geeft duidelijk aan dat bij een en ander het belang van het personeel in de gaten moet worden gehouden, ook in het kader van hetgeen er aan ontwikkelingen heeft plaatsgevonden in het kader van de reorganisatie. Ik heb dan hier nog een kleine aantekening, die ik gaarne gebruik. Voor wat betreft het personeel geldt hetgeen als uitgangspunt in het personeels- akkoord is vastgelegd. Daarover vindt overleg met de vakorganisaties plaats. Met dank aan de secretaris. VOORZITTERDames en heren, ik heb zo'n beetje het gevoel dat alles gezegd is, ook al gedeeltelijk gedoubleerd met juli. Hebt u behoefte aan een tweede termijn? Heer POTHUIZEN: Heel kort, omdat ik weet dat ieder zijn standpunt nu wel heeft. Wat mij een beetje pijn doet is dat we in principe toch heel duidelijk om de moeilijkheid heenlopen. Het krediet als zodanig daar zijn we het wel over eens, daar kun je natuurlijk een zwembad mee bouwen. Dat we het krediet taakstellend noemen, betekent dat het niet hoger moet zijn voor het bouwen. Oké. Waar onze zorgen liggen, is in de periode nadat het krediet is omgewisseld in een zwembad met wat daarbij staat. Dat is dus de exploitatie en daarvoor hebben we bepaalde middelen beoogd. Wat wij nog steeds niet weten, ook niet de heer Plomp die ons nu wel dan een mogelijke contractant kan noemen, is of we met zekerheid binnen die middelen gedurende jaren zullen uitkomen. Want het zal ons natuurlijk zeer vele jaren van dienst kunnen zijn. Maar daar hebben we hier verder helemaal niet meer over gepraat, dat is dus niet zo belangrijk waarschijnlijk. Heer VISSER: Voorzitter, ik moet de heer Plomp er toch op wijzen dat wij 3H jaar geleden hebben afgesproken dat er een haalbaarheidsstudie zou plaatsvinden. Een haalbaarheidsstudie. Nu blijkt nog steeds uit deze stukken dat die haalbaarheid er niet is. Die is niet vastgesteld. Eén wethouder is het daarmee eens. De heer Plomp moet goed de tekst lezen waar we 34 jaar geleden over gepraat hebben. Die haalbaarheidsstudie, voorzitter, is nooit gemaakt. Daar staat geen woord van op papier. We worden hier overvallen met een raadsvoorstel om miljoenen uit te geven aan dit project. Met het gemeentehuis is het zo gegaan dat er eerst een boekje is verschenen waarin die haalbaarheid op een rijtje werd gezet. Dat was het gele boek, wat we afstootten en wat we van plan waren. Er is een aparte

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 366