20 septenber 1990
- 4 -
die blijft mokken over gedane zaken. Ter gelegenheid van de opening van dit
gebouw bieden wij u daarom als kleine attentie een groen zuurtje aan.
Terwijl u daarop sabbelt, moet u bedenken dat wij dat beschouwen als een
snoepje voor de ambtenaren en raadsleden en als een financieel zuurtje voor
de Soester bevolking.
Heer VAN LOGTENSTEIN (CDA): Voorzitter, ik hoop om te beginnen dat de
snoepjes die wij zo dadelijk uitgereikt krijgen niet als een zoethoudertje
moeten worden gezien, want dan denk ik dat het een andere smaak had moeten
zijn. Eén constatering is correct. Het gebouw staat er en de ambtenaren
hebben het er naar hun zin, heb ik beluisterd. Ik denk niet dat wij
vanavond daar erg diepzinnig op in hoeven te gaan, omdat gebleken is, zoals
u aan het begin van de avond al zei: in necessariis unitas, het was nodig
om één te zijn om dit gebouw in deze vorm te laten ontstaan. Ik denk dat de
meerderheid van de bevolking daar zeer tevreden en gelukkig mee is.
Terug naar het agendapunt. Wij hebben in de commissie een reactie afgegeven
ten aanzien van dit punt en vastgesteld dat binnen de procedurele gang van
de begrotingsafhandeling dit een heel juiste momentopname is van de
situatie binnen de gemeente Soest. Je zou het kunnen vergelijken met een
statische foto van een dynamisch geheel. Het geeft heel goed weer wat er op
dit moment gaande is, welke ontwikkelingen we in de hand hebben en welke
we eventueel bij kunnen stellen. Eén bemerking hebben we daar heel
uitdrukkelijk bij en die zou ik nu toch wel willen herhalen om in de
toekomst daar rekening mee te kunnen houden. Dat is het moment van
aanbieden en het moment van bespreken. Een foto maken van een dynamisch
geheel betekent dat na dat moment onmiddellijk verschuivingen optreden en
je niet meer met alle zinnigheid kunt spreken over de dingen die je ziet.
Datzelfde stellen wij vast bij dit voorstel. Het geeft goed weer wat er
toen gaande was in mei/juni, maar in september is het een totaal ander
beeld. Die boodschap zouden wij u graag mee willen geven voor de toekomst.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Voorzitter, wij zijn blij met dit tussentijds
bericht. Het feit dat de ontwikkeling, de manier waarop wij met de
financiën omgaan, het zo ver heeft laten komen dat wij nu inderdaad op tijd
zo'n stuk voor ons hebben liggen, dat we dat overzicht op tijd hebben, dat
we intussen met de schattingen, met de prognoses die we gemaakt hebben in
het begin een grafiekje zien met piepkleine afwijkingen, door in het
grafiekje bepaalde getallen op te nemen, lijken de balken groot, maar ze
zijn heel klein, dat is heel goed. Ik vind het ook knap ambtelijk werk dat
we zover gekomen zijn. Ik ben blij dat we als politiek de ambtenaar en B&W
zover onder druk hebben kunnen zetten dat dit gebeuren steeds nauwkeuriger
werd.
Een enkele opmerking, geen aanmerking, hoewel er een element van een
aanmerking inzit. Bij de bouw gemeentehuis, daar wil ik toch even een
kleine opmerking plaatsen waarvan je zou kunnen zeggen: die heeft een
zekere relatie met wat de heer Witte heeft gezegd. Als eerste, fantastisch
dat we hier kunnen zitten, fantastisch dat het financieel zoals ook hier al
blijkt in een nog wat vroeger stadium, zo zuiver, zo goed liep. Fantastisch
dat we onze ambtenaren dit kunnen bieden en ieder die hier vaker moet
komen. Ik denk dat burgers, ook als je het ziet, burgers die gewoon even
hier gaan wandelen en om het water heenlopen, dat ze hier graag komen omdat
ze het een gezellige plek vinden. Ik heb gehoord dat ze zelfs in het
weekend, als het gesloten is, het plezierig vinden om hier even een
wandelingetje te maken. Dat is toch misschien een wat afwijkende visie ten
opzichte van de heer Witte, maar het is waargenomen. Het is dus niet alleen
een kwestie van visie, maar ook een kwestie van constateren, dat burgers
kennelijk soms toch weer anders denken dan de heer Witte.