- 6 - 15 februari 1990 - 7 - >ord is wat dat hij in is. Daarom iffie? Ja, we Ik nodig u n zal ik de oord, in bedoeld. Een zeer veel ige omschrij- ijving van it het voor voor de steun van dat toch dat worden. Ik >or het nu slipt. Zo is Noorderweg/ en. Althans, d die wij niet te bebouwen. weg in krijgt dus 1989. Mijn oen Soest iel klein, .ging in is toch voor ruggedraaid :och af of wij Immers, wij »n over actuele s kan worden iie vraag? vdAdie wij ingsplan, maar e maatschappe- een pas 9 procedures - eten loslaten ij het plan nt, omdat wij, direct een hap- over het plan andere plannen :ht naar de in in de kast- over iets dat net is afgerond, althans afgerond had kunnen zijn? Heer MEILOFVoorzitter, het is inderdaad zo dat als wij al die EO bestemmingen zien in Soest, het een omroep met een andere status zou moeten worden, denk ik. Maar goed. Een paar zaken uit dit plan. Ik ben blij dat u de zaak van bezwaarde nummer 7, de heer Sleutel, op die manier hebt verwerkt in positieve zin, zodat er eventueel ook in de toekomst wat betreft het denken over dat gebied, daar meer mogelijkheid voor winkelbestemming is; dat u die trend vast hebt willen zetten op deze wijze. Ik vind het wat teleurstellend dat u de vraag van nummer 5, voor het bedrijf van de heer Van Dolderen, niet mee hebt genomen in de wijzigingen. U houdt zich echter volledig aan de officiële regels zoals wij die in Soest met elkaar afgesproken hebben, dus ik kan moeilijk om die reden bezwaar hebben tegen dit bestemmingsplan, ondanks dat ik het als burgervriendelijk gebaar misschien had willen honoreren. Noorderweg 16, daarin volg ik de heer Visser dat ik het onlogisch vind om een pand aldus te bestemmen dat we een verschrikkelijk onlogisch groot vlak als een woonvlak gaan bestemmen, waar van zijn leven nooit iemand een huis zal kunnen bouwen later, want dat soort huizen bestaan niet. Die komen door geen enkele commissie heen als ze ooit voorgesteld worden, met zo'n grondvlak. Terwijl de desbetreffende personen een huis willen bouwen meer aan de voorkant van dat stuk grond, alleen net iets breder. Dat zou daar prachtig liggen, alleen, dan moet de gemeente gelijk al een artikel 19 procedure aangaan om daar toestemming voor te kunnen geven. Dat zou onzin zijn. Ik steun daarom dat voorstel van de heer Visser van Progressief Soest. Een problematische zaak is nu inderdaad dat er plannen op tafel komen vanuit de PvdA voor het hele winkelgebied. Ik kan niet anders dan concluderen met de PvdA dat het heel erg vanzelfsprekend is dat wij de komende jaren zullen gaan denken aan het anders bestemmen van dit gebied. Daar zullen waarschijnlijk veranderingen optreden. Het enige is dat ik het op dit moment een groot probleem vind dat ook in ons komende verkiezings programma komt te staan dat wij vinden dat er nog een afrondingsperiode zal moeten volgen waarin wij wensen dat de winkeliers gezamenlijk juist de koppen bij elkaar steken en tot goede planvorming komen en dat wij als gemeentebestuur ons in eerste instantie zullen richten op hun planvorming. In een volgende instantie, als daar geen goede gezamenlijke plannen uitkomen, zouden wij zelf met plannen moeten komen. Dus u bent nogal vroeg en daar heb ik een probleem mee. Anderzijds, op het moment dat wij dit gedeelte vaststellen -dat ben ik geheel met de heer Krijger eens- dan zit daar iets strikt onlogisch in. Wij gaan bestemmen ter wille van de rechts zekerheid van een aantal burgers op dit stukje grond en we hebben in ons achterhoofd al dat waarschijnlijk binnen vier jaar die rechtszekerheid ondergraven gaat worden. Dus ik kan eigenlijk niet anders doen dan met de heer Van Esseveld meegaan die zegt: we zullen misschien een stuk moeten laten liggen. Hij zegt dan: het hele bestemmingsplan, maar ik acht het ook mogelijk dat wij de grens iets verleggen van een gedeelte van dit bestemmingsplan. We stellen dan het grootste gedeelte vast, waar ook veel wijzigingen inzitten. Het gedeelte waar de huidige nieuwe plannen van de PvdA-fractie over gaan, laten we dan liggen tot we de komende vier jaren verder zijn in onze planvorming. Ik denk zelf in die richting. Heer VAN DEN BREEMER: Mijnheer de voorzitter, het onderhavige plan beoogt een uniformering van een aantal oude plannen te zijn. Verder wordt als uitgangspunt gehanteerd in principe een conserverende bestemming en anderzijds een integrale stedebouwkundige visie vast te leggen voor de noordrand van de bebouwde kom van Soest. Hoewel onze fractie zich

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1990 | | pagina 32