24 oktober 1990 - 58 - Tegelijkertijd is het denk ik zo, dat we natuurlijk toch in het kader van het welzijnsplan, ook al in de begrotingsvoorbereiding, uitgebreid met elkaar gesproken hebben over de situatie waarin een deel van het sociaal cultureel werk verzeild is geraakt. Dat sluit aan bij de discussie over de accommodaties. Ik heb er geen behoefte om dat uitgebreid te herhalen, maar het lijkt erop alsof we nu in een situatie gaan komen waarin terecht de WD zegt: schiet op en kom met een concreet plan, dan kunnen we verder, want we moeten uit dat dal. Zo formuleer ik het dan maar en dat vind ik ook volkomen terecht. Ook anderen, bijvoorbeeld de Partij van de Arbeid heeft dat gezegd. Uiterlijk bij de voorjaarsnota moeten we daarop terugkomen. Ik denk dat als je dan tegelijkertijd geld dat onder andere incidenteel overblijft vanwege dat dal, al gaat besteden en uit het sociaal cultureel werk gaat trekken, dat je dan misschien straks tot de conclusie moet komen van: nu hadden we een aantal dingen kunnen c.q. willen oplossen en nu hebben we het geld al aan iets anders uitgegeven! Ik wil u dus toch in overweging geven te kijken of uw suggesties op dit moment om het op deze manier te besteden toch niet erg voorbarig zijn en of we dan straks niet van een koude kermis thuiskomen. Dat lijkt me toch ook weer niet de bedoeling, behalve als u zegt: als we bij de voorjaarsnota dat soort problemen tegenkomen, rekent u dan maar op ons dat we dat soort problemen wel oplossen. Maar de raad kennende, is dat niet altijd gegarandeerd. Motie IV van het CDA gaat over het dagverzorgingsprojeet psycho-geriatrie Ik denk dat we er inhoudelijk niet met elkaar over hoeven te discussiëren. We zijn er allemaal van overtuigd dat het nodig is. Ook van de kant van het college wordt inderdaad gepoogd mogelijkheden te zoeken om dat voor elkaar te krijgen. Daar valt alleen in het openbaar op dit moment weinig over te zeggen. Ik ben het met de critici eens die zeggen: is het wel verantwoord om een project dat zo belangrijk is en dat je niet voor één jaar kunt subsidiëren, maar dat gewoon zekerheid moet hebben voor een aantal jaren, op deze wijze incidenteel te financieren? Ik denk dat je daarmee dan ook al besluit om bij een volgende begrotingsbehandeling datzelfde bedrag beschikbaar te stellen. Eén ding weet ik zeker, ik heb nadrukkelijk gezegd: nu is het geld van de provincie er zeker niet, ik durf te zeggen dat bijna zeker dat in een volgende situatie ook niet zo is. Je kunt het nooit zeker zeggen in dat opzicht, maar het lijkt er sterk op, je moet er zeker goed rekening mee houden. Dat is het pijnlijke van zo'n situatie. Ik denk dat we het niet kunnen maken, zeker niet als het om zo'n project gaat, om dat maar incidenteel te financieren. Motie V over het HALT-projeetInhoudelijk over het HALT-project zal de voorzitter reageren. Er geldt natuurlijk toch ten aanzien van de financiering hetzelfde als ik eerder heb gezegd over het bedrag dat zogenaamd uit incidenteel overschot welzijn 1990 beschikbaar zou zijn. Op zich vind ik het heel begrijpelijk. Het is een concreet project en wie wil er nou niets liever dan dat? Maar ik wil u voorhouden, meer in de geest van motie XI van D66 te reageren en een moment te bepalen waarop u uw keuze zou willen bepalen, een moment waarop u misschien ook andere consequenties op het terrein van het sociaal cultureel werk zou kunnen bepalen. Dat lijkt mij beleidsmatiger en verstandiger. Maar goed, dat is maar een oordeel van onze kant. U heeft daar ongetwijfeld uw eigen reactie op. Motie VI van het CDA. Het college heeft al bij de beleidsvoornemens gereageerd in de zin van: laat men eerst maar eens aangeven hoe het nu met de halve telefoniste of receptioniste gaat voordat we die andere helft er aanplakken. Is het wel nodig? Wat dat betreft denk ik dat het logisch is wat de WD zei: laten we eerst eens kijken hoe de SWOS- structuur uitpakt. Dan kan het misschien wel anders. Misschien komen we straks wel in de discussie over de zorgstructuur tot de conclusie dat gegeven een andere manier van werken van met name zorginstellingen het nog wel op een andere

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1990 | | pagina 373