24 oktober 1990
- 10 -
Bij punt 8, waar het gaat over ouderenhuisvesting, zien wij staan dat er
ook een tegemoetkoming is in de kosten van verhuizing en herinrichting van
ouderen. Wij zouden u iets mee willen geven onder misschien een iets
andere noemer, maar toch. De mensen die moeten leven van het minimum en
ook soms verhuizen van een eengezinswoning naar een kleinere dan wel
goedkopere woning en nog geen 55 zijn, die krijgen van ons die 3.000,=
niet. Eigenlijk is dat te betreuren, omdat in deze post er niet een bedrag
aan salaris gevraagd wordt. Iedereen die verhuist krijgt het. Maar ben je
daarentegen minima en je gaat van een groot huis naar een klein, dan kom je
daarvoor niet in aanmerking en moet je weer in het hele circuit
enzovoorts. Het is alleen maar iets van: denkt u daar eens over na.
Wethouder VISSER: Mevrouw Stekelenburg, wij denken na, om de zaak even kort
te houden.
De heer Ebbers zeg ik toe dat bij sector 4 een p.m. post wordt genoteerd.
De heer Witte wil ik antwoorden dat die 270.000,= nog niet zijn
meegenomen, omdat dit raadsvoorstel eerder werd gemaakt, voordat wij
hoorden dat we iets meer kregen. Maar ik zeg u toe dat wanneer wij over een
half jaar dit volumebesluit evalueren, wij dit wel inpassen.
De heer Krol dacht ik dat ik het jammer vind wanneer hij zich tegen een
post uitspreekt bij de welzijnsinstellingen. Ik denk toch dat hij nog het
oude raadsvoorstel voor zich heeft, waar een heel andere tekst staat bij
sector 5 dan in het gewijzigde voorstel waarin helemaal geen accommodaties
genoemd worden. Dit is een stukje sociale vernieuwing waarvan wij denken
dat deze post heel goed te pas komt. En wij komen bij u terug voor de
invulling van dit bedrag. In dat kader handhaven wij toch ons voorstel. Dat
u het niet eens bent met de verlaging bij sector 1, dat nemen wij van u
aan.
Heer KROL (CDA): Even een korte reactie op de heer Visser. Wij hebben hier
uiteraard het gewijzigde voorstel voor ons neus liggen. Het gaat erom dat
uw verhaal erbij wel gewijzigd is, maar dat het feit dat het er op deze
manier staat niet gewijzigd is. Dat is waar wij bezwaar tegen maken, omdat
wij vinden dat een inhoudelijke discussie over de besteding van gelden uit
de pot welzijn dient plaats te vinden bij de commissie welzijn en niet bij
de commissie r.o.
Wethouder VISSER: Nee, die discussie die krijgt u ook in uw eigen
functionele commissie.
VOORZITTER: Wilt u even wachten, wethouder Visser, want ik wil eerst de
raad in tweede termijn aan het woord laten, dan kunt u alle opmerkingen in
één keer meenemen.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, de opmerkingen van de heer Krol en de heer
Visser over het punt welzijnsinstellingen brengen mij op het punt dat ik
toch genotuleerd wil zien dat in ieder geval niet de suggesties die in het
vorige stuk stonden gehandhaafd blijven. Als het daarom gaat is onze
fractie ook tegen.
VOORZITTERNee, aan de orde is het gewijzigde raadsvoorstel van 9 oktober
1990. Daar praten we nu over en daar besluiten we over.
Heer POTHUIZEN (D66): Nu de discussie rond de mogelijke besteding van die
270.000,= rijst die op dit moment dus niet hierin worden opgenomen, vind
ik het wel zo dat u aan die 270.000,= eigenlijk niets mag doen voordat u
ons hebt laten bepalen waar het heen moet. Dat wil ik dan ook maar even