18 april 1991
- 17 -
degene die de offerte moet opstellen, vertraging opgetreden, waardoor wij
de offerte nog niet binnen hebben, anders hadden wij het wat exacter kunnen
ramen, wellicht. Nu deed zich de mogelijkheid voor dat wij een bedrag
kunnen reserveren. Dat geldt voor meer voorstellen die u hier in de raad
krijgt: u reserveert een bedrag, later komt het in de commissie en daarna
komt in de raad het definitieve voorstel en de besluitvorming. Wat wij dus
nu vanavond vragen is een reservering voor dit bedrag voor het fotoboek als
relatiegeschenk en zo spoedig als mogelijk is komen wij via de commissie
bij u als raad terug met een uitgewerkt voorstel. Dan zal ook blijken of
het prijskaartje dat eraan hangt voldoende is of niet. Maar ik zou het
betreuren als wij nu weer in een andere richting zouden moeten gaan werken
dan wij met elkaar hebben afgesproken. Ik ben blij dat mevrouw Tomassen
gezegd heeft dat een boek een vriend is voor het leven. Een vriend ga je
niet op zolder wegzetten, dus ik denk dat ik toch maar -als u daarmee
instemt- doorga met de voorbereidingen voor het fotoboek. We komen er nog
uitgebreid mee terug bij de commissie en dan weten we ook exact aan de hand
van een paar offertes, waarover we praten.
Dan is nu weer het woord aan de raad in tweede termijn.
Heer POTHUIZEN (D66)Voorzitter, onze wethouder van financiën is een
gevoelig mens en misschien zelfs wel overgevoelig. Je geeft hem een
compliment en het komt zo hard aan dat hij weer in een antwoord ^erzeild
raakt op een hem niet onbekende maar toch nog wel een beetje lajabbyante
wijze. Ik denk dan: de angst voor D66 zit er om de een of andere reden goed
in. Dat is ten onrechte. Als ik ook eens iets uit 1981/1982 mag vertellen,
dan herinner ik mij nog dat er toen een kabinet was van CDA/PvdA/D66 en dat
dat kabinet sneuvelde en dat D66 begreep dat je niet weg moest lopen, zoals
het CDA dat ook begreep. Inderdaad werd dat toen niet beloond door de
kiezers. Als het om bescheidenheid gaat, kent D66 zijn plaats. Trouwens,
ook nu zijn wij, CDA en D66het over het financiële beleid op termijn
gewoon weer eens, constateer ik, mijnheer MenneDat mag dan misschien wat
uiteenlopen als het gaat om het incidenteel 1990. Daar wil ik dan een paar
opmerkingen over maken.
Het voorstel met betrekking tot Karbiet. Wij vinden die gedachte
sympathiek, het is ook niet zo dat als de raad daar in meerderheid vóór
stemt, dat wij daar tegen zullen zijn. Een kleine waarschuwing achten wij
op zijn plaats en dat is ook de overweging geweest waarom wij de motie niet
hebben willen steunen: het gaat hier om een nog op te richten vereniging,
met activiteiten die allemaal nog op gang moeten komen en daar wordt nu al
een subsidie aan toegekend. Ik kan mij voorstellen dat er meer organisa
ties zijn die op deze wijze wel graag door de gemeente met spoed geholpen
willen worden.
Met betrekking tot de Volksuniversiteit en de Voedselgroep is hetgeen
voorgesteld wordt door de partijen wat ons betreft net één station te
vroeg. Het gaat om structurele uitgaven en die zouden we niet doen bij deze
gelegenheid.
De tweede ouderenbus, daar heeft de heer Kingma onze gedachten die dus
leidden tot het niet mee-indienen van de motie goed verwoord.
Met betrekking tot het fotoboek. Voorzitter, ik heb u al gerustgesteld, het
mag er wat ons betreft komen, u mag er ook aan verder werken. Alleen, de
betaling willen wij uit andere middelen zien gebeuren.
Mevrouw TOMASSEN (PS): Voorzitter, ik ben blij dat ik nu mag. Nou wilde ik
eens niet zo pinnig reageren en interrumperen en toen kreeg ik de kans niet
meer, dus die neem ik dan nu toch nog even om de heer Meilof misschien over
te halen wat betreft de motie over de VW en de Voedselgroep. De heer
Meilof zei: dat zijn ideële mensen. Inderdaad, het zijn mensen uit de