- 18 - 21 februari 1991 - 19 - er entenlij st hierbij te Van Loon e toch lening zijn reer lie op dit zijn- weer isie om even uw m foordat u nmissie ;n rijtje naar in dit geweest ieet dat de sn gewoon Raatj es e op tafel zijn ezet. Dat ren en net oDie verdediger verder gehoord lissing vanavond ssie voor nadere er terug tie- ls de om of iets :mechanisme iduktiebos terwijl het :omen. Dat Leeft. Wij imissie ons je geen m gaan we ran een van: "nou ik vind dat dit voorstel er net wel bij door kan en dat voorstel vind ik toch iets te ver gaan". Ik zou graag wensen dat er opnieuw een voorstel van uw kant komt, een voorstel van de beroepschriftencommissie komt waar deze argumenten in verwerkt zitten en waardoor we des te beter en objectiever kunnen beoordelen hoe we hier tegenover moeten staan. Mevrouw BLOMMERS (WD): Voorzitter, kortheidshalve sluit ik mij bij de heer Meilof aan. Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik denk dat duidelijk is dat juist het feit dat de Commissie voor de beroepschriften de cultuurhistorische waarde aanhaalt, een argument is om inderdaad te zeggen: laat de Commissie voor de beroepschriften deze zaak nog maar eens bekijken en neem dat dan mee. Aan de andere kant zou ik toch ook al hier willen zeggen dat voor onze fractie die cultuurhistorische waarde van een minder belang is dan de natuurwaarde. Waar spreken we over? Over een landschapspark dat dertig jaar lang niet onderhouden is. Dus de vraag of je kunt zeggen dat het nu helemaal zo in een rechte lijn een landgoed is geweest in zijn geheel, zoals gesuggereerd wordt door de inspreker, dat betwijfelen wijMaar we denken dat het een goede zaak is als de Commissie voor de beroepschriften zich nogmaals over deze zaak buigt. Heer BOERKOEL (PvdA): Mijnheer de voorzitter, ik heb niet zoveel nieuwe argumenten gehoord. Dat neemt niet weg dat ik toch het recht van de twijfel wil geven aan de inspreker. Maar ik wil daar wel bij zeggen dat, gezien het feit dat het al zo ontzettend lang loopt, dat de beroepschriftencommissie dat als een van de eerste dingen maar op haar agenda moet zetten en dat ik dan wel in de raad van april dat zeker aan de orde zou willen hebben. Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, het gaat nu, zoals de heer Van Loon het ook samen heeft gevat, over die beroepschriften. Nu moet ik zeggen dat de heer Van Loon mij geen overtuigende argumenten heeft aangegeven om mijn standpunt te wijzigen. Want waar gaat het nu eigenlijk om? Waarom zitten we hier? De heer Raatjes vraagt vergunning voor allerlei bouwsels en vollières en serres die er al illegaal staan. Die mijnheer Raatjes lapt alle voorschriften aan zijn laars. Ik denk dat het niet zo mag zijn dat als je slim bent en als je geld hebt, dat het dan allemaal maar kan. Daarom denk ik dat als wij het de heer Raatjes mogelijk maken dat hij al die voorschriften overtreedt, het ook voor iedereen in Soest geldt. Het is een heel slecht voorbeeld, dus ik stel u voor het gewoon te behandelen. Mevrouw VAN ECK (D66)Ik heb ook niet zoveel nieuwe dingen gehoord. Volgens mij wordt er een vergissing gemaakt. Alles wat ik nu hoor heeft betrekking op Paltz 1, op het landgoed zoals het ooit was. Volgens mij spreken we nu over een gedeelte van het vroegere landgoed en is dat een deelbelang dat we best vanavond kunnen beoordelen met de gegevens die er zijn. Heer VERHEUS (CDA): Ik heb nu twee petten op, natuurlijk. Maar die had mevrouw Van Eek ook, dus dan mag ik ook wel. Ik denk, mijnheer de voorzitter, dat er weinig nieuws onder de zon is met het punt dat nu naar voren gebracht wordt. De heer Visser heeft het eigenlijk al verwoord en ik heb het ook al gezegd, dus ik geloof dat het voor alle duidelijkheid toch zo moet zijn. Die zaak loopt al zo lang. Ik zou overigens niet de motivering van mevrouw Tomassen over willen nemen. Het is gewoon een zaak die al lang loopt en we hebben er uitvoerig in de beroepschriftencommissie over gepraat. Ik zie echt niet in dat er nieuwe elementen zijn. Wanneer het

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 26