23 oktober 1991 Wethouder MENNENee, wanneer ze buiten zijn, dan zal de isolatie beperkter zijn, hoewel je daar ook natuurlijk wel wat aan kunt doen, maar daar heb ik wel alle begrip voor. Maar overal waar je ook met het asiel heen gaat, zullen problemen zijn. De plek die nu dus voorgedragen wordt, vind ik toch wel eigenlijk niet reëel voor deze vereniging die hier in Soest werkt. Dus, bij elkaar genomen vindt het college toch, alles afwegend, dat wij deze knoop toch maar zouden moeten doorhakken met het voorstel zoals het er ligt en niet opnieuw zouden moeten uitstellen, hoe vervelend het misschien ook klinkt nu. Misschien dat het allemaal heel erg meevalt. Heer BLAAUW (WD)Voorzitter, ik ben wel gevoelig voor de woorden van het college. Ik begrijp het helemaal. Wijzelf hebben natuurlijk ook jarenlang met u meegedacht hoe we dit probleem moesten oplossen. Het moet ook opgelost worden, daar zijn we het ook mee eens. Ik had gewoon beoogd met de twee terreinen die ik dus op het oog had -waarvan één redelijk haalbaar is en de andere van defensie misschien minder snel haalbaar, maar goed- om dat te onderzoeken. Ik dacht: ach, misschien kunnen we er nog een maand tegenaan gooien. Onze fractie is gewoon bang voor die 74 bezwaarschriften. We zeggen: waar leidt dat naartoe? Waar ik wel gevoelig voor ben is het argument dat door mevrouw Gerritse en door de wethouder op tafel wordt gelegd dat het asiel er niet voor voelt. Ja, waar ben ik dan mee bezig om een plaats te zoeken voor een asiel waar ze niet heen willen? We kunnen ze natuurlijk niet verplichten, denk ik. Het moet natuurlijk ook niet zo zijn dat daardoor de animo om een asiel te runnen -dat we allemaal graag in stand willen houden, om de zwerfdieren op te vangen- om zeep wordt geholpen, omdat ze met zoveel vrijwilligers werken. Dat is dan eigenlijk de reden dat ik u niet zal vragen om de zaak aan te houden. Het asiel ziet er helemaal geen heil in om daarheen te gaan. Dat vind ik jammer. Ik had gehoopt dat ze misschien gezegd hadden: er zit iets in. Dan zou ik een maand uitstel gevraagd hebben, maar ik zal dat nu niet doen. Onze fractie vindt ook dat je niet eeuwig door kunt gaan en dat er na al die jaren maar eens een beslissing moet komen. Dus, hoewel het ons een beetje spijt, zullen we dan toch uw voorstel steunen. Heer VERHEUS (CDA)Ik zal het kort houden, mijnheer de voorzitter. Aan de hand van wat de heer Blaauw zei, zegt een overgrote meerderheid van mijn fractie ook bis. Heer VAN DEN BREEMER (CDA)Voorzitter, uit het antwoord van het college en de meerderheid van de raad proef ik duidelijk de stellingnameer is altijd nog wel een agrarisch gebied waar we dergelijke problemen op af kunnen wentelen. Ja, het zij zo. Ik wil graag geacht worden tegen gestemd te hebben in deze Heer JANSEN (D66)Voorzitter, wij zullen voor het collegevoorstel stemmen. Wat ik uitdrukkelijk wil vragen is om niet alleen binnen, maar ook buiten het maximale te doen in dat gebied aan geluidsisolatie. Met die toezegging onze voorstem. Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, uw argumenten hebben ons overtuigd dat wij voor uw voorstel zullen stemmen. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Jansen: bekijk wat er aan rust gebracht kan worden. Ik zou u willen adviseren dat vooral met de direct omwonenden te doen. Zij wonen daar, laat ze meedenken, laat ze meespreken, misschien dat er dan in ieder geval nog een stukje consensus ontstaat tussen de bewoners en ons.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 302