23 oktober 1991 - 22 - omdat er al zo vreselijk veel argumenten over tafel zijn gegaan. Ik wil u toch ten sterkste op het hart drukken dit pad goed te keuren. Ik vraag hoofdelijke stemming aan. Heer BLAAUW: (WD) Voorzitter, het is precies hetzelfde als wat we in de commissie al gehad hebben. Ik heb hooguit toch mijn twijfels over bepaalde dingen die daar allemaal gezegd zouden zijn, maar goed, laat dat dan maar zo. Er is een intentieverklaring gegeven met een aantal mitsen, maar op die mitsen wordt dus kennelijk niet ingegaan. Ik heb geen antwoord gekregen waarom deze fietsenstalling voor de carpoolplaats niet vooraan in Mercury zou kunnen komen, waar volgens mij ook de hele carpoolplaats had kunnen liggen. Maar goed, dat heeft Rijkswaterstaat dus anders gewild. Wij hadden best die fietsenstalling vooraan kunnen zetten. Dan geeft u eigenlijk de indruk als verwacht u er in de toekomst zoveel mensen op de fiets, dat wij ons afvragen waar die dan vandaan moeten komen, buiten Soesterberg om. Ik zie u nog niet eens naar het gemeentehuis fietsen, laat staan dat u mensen uit Soest dan met de fiets naar de carpoolplaats laat komen. Dus wij blijven er gewoon tegen. Mevrouw VAN ECK (D6G)Ik ben toch niet gerust gesteld over de veiligheid. U zegt dat u daar een bord plaatst met het teken: doodlopende weg. Is dat voldoende? Dan denkt u dat iedereen wegblijft. Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, mag ik even een ordevoorstel doen? Ik zou even naar die notulen willen kijken, die heb ik hier inmiddels. Ik vraag twee minuten schorsing naar aanleiding van het antwoord van de wethouder VOORZITTERIk schors de vergadering. VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De heer Boerkoel had schorsing gevraagd. We zijn in de tweede termijn bezig en ik geef aan hem eerst het woord Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, ik had die schorsing gevraagd, maar ik vind het niet erg dat u mij even anders noemt VOORZITTERIk weet niet of de heer Boerkoel dat ook zo vindt. Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Ik zal het straks met hem bespreken. Ik heb inmiddels even gekeken naar het verslag van de commissievergadering van 2 mei. Ik citeer: de PvdA-fractie stemt met de weg in, maar niet met het fietspad. Ik zal u heel kort schetsen, mevrouw de wethouder, hoe het toen gegaan is. Er was toen enige onduidelijkheid over hoe het nou precies moest met dat fietspad. De heer Van Gent heeft ons toen een toelichting daarop gegeven en wij hebben toen uiteindelijk gezegd: gaat u dan maar vragen, als Rijkswaterstaat dat zo belangrijk vindt, of zij dat fietspad daar neer willen leggen. Er staat dan ook in dit voorstel dat wij met u over de kosten van het geheel willen praten. Dat doen wij dus vanavond. Dus u kunt niet zeggen dat wij ermee hebben ingestemd. Ik denk dat ook anderen -er staan hier ook opmerkingen van de WD en het CDA- daar op dezelfde manier mee om zijn gegaan. Dus ik voel mij niet gehouden aan het voorstel zoals het hier voor ons ligt. Wij blijven tegen dit voorstel. Heer LOKKER (CDA)Wij hebben zeker ook niet bedoeld om met die intentieverklaring -ik heb u al gezegd, met het eerste gedeelte waren wij het van harte eens, met de intentie- maar dat betekent niet automatisch dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 315