23 oktober 1991 - 39 - VOORZITTER: Dan moet ik nu eerst het amendement aan de orde stellen: in plaats van 300.000,= ligt er een amendement op tafel van 250.000,= en drie maanden in plaats van zes maanden. Dus het amendement van het CDA op deze motie luidt: 250.000,= en drie maanden in plaats van zes maanden. Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, misschien is het correct als u aan de indiener van de motie vraagt of hij de motie in stand wil houden, of het amendement erop steunt. De motie gaat namelijk verder dan het amendement. Wij zouden in eerste instantie de motie willen handhaven, om daarin aan de bevolking te tonen wie nu werkelijk de instroom van buiten- Soesters wil inperken. Ik denk dat het dan ook belangrijk is dat die motie in stemming komt. Als dan vervolgens een andere motie in stemming komt, dan is dat juist, dat vind ik geen enkel probleem, dan zullen daar graag in meegaan, maar ik wil eerst duidelijkheid. VOORZITTER: Het reglement van orde geeft aan dat als er een amendement aan de orde is en er komt een sub-amendement, dan moet eerst dat sub-amendement behandeld worden. Dus nu is aan de orde het sub-amendement van de CDA- fractie: 250.000,= en drie maanden. Mevrouw BLOMMERS (WD) Wij zijn tegen dit, sub - amendement Heer WITTE (GGS)Wij zijn tegen. Heer BOERKOEL (PvdA)Tegen. Heer JANSEN (D66)Tegen, omdat er ook een koppeling met die termijn is. Ik denk dat het verstandiger is, omdat het toch op heel korte termijn toegezegd is, om dit in de commissie te behandelen. Mevrouw TOMASSEN (PS)Tegen. VOORZITTER: Daarmee is het sub-amendement verworpen. Dan kom ik toch weer terecht bij motie 17 van de Partij van de Arbeid. We waren gebleven bij het CDA. Wat is nu uw standpunt? Heer KROL (CDA)De motie van de Partij van de Arbeid, zoals die hier ligt, daar zijn wij tegen. Heer WITTE (GGS)Wij zijn tegen de motie van de Partij van de Arbeid. Er ligt een voorstel van het college. Ik denk dat het goed is om niet hier even gauw een koehandeltje te beginnen, maar dat we eerst eens even ook van de ambtenaren horen wat de consequenties zijn van het kiezen van een bovengrens. Ik heb dat zelf persoonlijk wel al gedaan, vanmiddag. Ik denk dat het gewoon heel verstandig is als we dat allemaal nog eens doen, als raadsleden. Dan kunnen we tot een afgewogen oordeel komen, welke grens we zometeen gaan zetten. Heer JANSEN (D66)Tegen. Mevrouw TOMASSEN (PS)Voor. VOORZITTER: Ik constateer dat er een ruime meerderheid tegen deze motie is. Daarmee is motie numner 17 verworpen. Motie nummer IS hebben we al behandeld, motie nummer 19 ook. Motie nummer 20 van de Partij van de Arbeid, beperking verhoging belasting plus heffingen tot 2%, daar heeft het college nee tegen gezegd. Wenst de Partij

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 358