21 november 1991
6
stukje voordeel voor de gemeente binnen kan houden.
Heer KROL (CDA)Mijnheer de voorzitter, de heer Witte ontlokt mij een
tweede termijn. De brief van het college -ik neem aan dat u de stukken
uitstekend leest, maar voor alle duidelijkheid toch maar even een kort
citaat, als u dat toestaan, mijnheer de voorzitter, richting de heer Witte:
"Pas wanneer er meer duidelijkheid is over de toekomstige ontwikkelingen in
meer concrete zin, zullen er nadere uitvoeringsmaatregelen in overweging
worden genomen die alsdan ter beslissing aan de gemeenteraad zullen worden
voorgelegd." Dat ligt voor het voorstel in de brief van het college en
daarop heeft de CDA-fractie ja gezegd.
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, voordat we aan de tweede termijn
begonnen, was u eigenlijk al bezig met het maken van een conclusie. Mijn
probleem is dat ik het voorstel tot het maken van een keuze natuurlijk wel
wil steunen. Maar in het hele voorstel dat hier ligt, staat het standpunt
van het college niet genoemd. Daar kunnen we dus onmogelijk een beslissing
over nemen.
VOORZITTER: De brief van 14 november geeft ten aanzien van agendapunt 8
duidelijk aan wat het standpunt van het college is. Daar gaat het vanavond
over. Dat betekent dus -ik wil het nog wel een keer zeggen- dat het college
de in het bestemmingsplan aangegeven bestemming op dit moment niet wil
wijzigen en dat op korte termijn niet tot realisering van de bestemming zal
worden overgegaan en dat er dus slechts sprake is van een reservering van
de desbetreffende grond. Voor de rest zien we later wel, dan komen we bij u
terug
Mevrouw BLOMMERS (WD)Ja, maar voorzitter, dat is natuurlijk mijn
probleem niet. Mijn probleem is dat als wij een raadsstuk hebben, het
verstandiger was geweest, denk ik, dat u dit citaat in het raadsstuk had
opgenomen. U stelt mij nu voor een uitspraak te doen of de weg er al dan
niet moet komen.
Heer KROL (CDA)Daar was u vóór geweest, mevrouw Blommers? Als ik u mag
interrumperen?
Mevrouw BLOMMERS (WD)Nee, het voorstel gaat over het maken van een
keuze, mijnheer Krol, dat staat erboven. Waar het mij om gaat is dat als u
inderdaad gaat vaststellen dat de raad al dan niet kiest voor de visie van
het college, dat ik dan graag -omdat ik dit een uitermate onduidelijk
raadsvoorstel vind- hoofdelijke stemming zou willen hebben. Ik zou dan in
stemming gebracht willen zien of er al dan niet een verbindingsweg van de
Koningsweg moet komen, want dat is het voorstel dat hier ligt en niet de
brief
VOORZITTER: Nee, nee. Aan de orde is het voorstel van B&W en dat kan in
stemming komen zoals u dat vraagt, dat zal ik zometeen ook doen, nadat ik
eerst de wethouder gelegenheid heb gegeven om te reageren op uw tweede
termijn
Wethouder MENNEDank u wel, voorzitter. Ik ben erg blij dat de heer Witte
het financiële aspect zo zwaar laat wegen. Dan kunnen we in de toekomst nog
dicht bij elkaar komen over allerlei zaken. Niettemin heeft het college
toch gemeend in dit geval geen blokkade te moeten opwerpen, -even naar
mevrouw Blommers- om de keuze inderdaad te laten bestaan. Wij hebben
gezegd, om dat nog even te onderstrepen, in de notitie die u al ontvangen
had dat het college in ieder geval vindt dat geen beslissing moet geworden
om de bestemming te wijzigen op een zodanige wijze dat er een structurele
blokkade wordt opgeworpen voor nadere af te wegen beslissingen in de
toekomst. Dat is ook een besluit. Een bestemmingsplan is een toelatings-