21 november 1991
- 25
het zal u duidelijk zijn, voorzitter, ik heb dat in eerste instantie ook
gezegd: natuurlijk is het volstrekt legitiem. Er zijn geen redenen, als een
fractie, zoals in dit geval Gemeentebelangen Groen Soest, blijft aanhouden:
wij willen dat, dat wij ons daartegen zullen verzetten. Wij gaan niet aan
spelletje meedoen of om wat voor bezwaren ook tegen stemmen.
Wij gaan akkoord met uw voorstel, maar we hebben onze bezwaren aangetekend,
het gaat niet van harte
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, twee punten. Wat betreft de opmerkingen
van de heer Witte over a.b.z.: ik betreur het inderdaad dat er zulke zware
redenen zijn om die ongeschreven wet niet te volgen. Ik geloof hem graag
als hij in deze zaal uitspreekt dat hij daar zwaarwegende redenen voor had.
Ik denk voor wat betreft de commissie voor de beroepschriften, dat onze
eerste houding daartegenover was: kijk eens, de commissie voor de beroep
schriften is niet alleen een commissie van de raad, waardoor ze bijzonder
is, het is ook een commissie waarbij het helemaal niet zo logisch is dat
als de heer A. eruit gaat, er ook iemand van de partij van de heer A. in
terug komt. Ik denk dat het goed is als we nog eens op een ander moment
bedenken hoe je eigenlijk dit soort algemene beroepsorganen zou moeten
aanvullen. Ze worden ingevuld op het moment van een nieuw college. Je zou
je kunnen voorstellen, ook om het argument dat de heer Witte gebruikt dat
het een steeds breder terrein wordt waarop er beroepszaken zijn, dat je
gaat kijken naar een aantal raadsleden die zeer goed thuis zijn in de
materie en dat wat minder partij-afhankelijk maakt. Maar goed, dat is nu
niet aan de orde. Nu hebben we een voorstel liggen waarbij de heer Witte in
de commissie voor de beroepschriften wil. Hij heeft in deze zaal uitgespro
ken dat hij ervan overtuigd is dat het geen conflict zal opleveren. Ik denk
dat dat precies is wat ik vanavond heb willen horen. We weten nu heel
duidelijk hoe we ten opzichte van elkaar staan en wij zullen het voorstel
van het college -in wezen het voorstel van Gemeentebelangen Groen Soest-
dus steunen.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, ik wil er kort over zijn. Wat u
schetste in het verhaal is juist. Ik wil alleen richting de heer Witte
zeggen dat ik hem wel heb aangesproken vanmiddag over dit onderwerp, dus
wat dat betreft moet ik dat toch wel even corrigeren. Ik heb dat overigens
gedaan waar anderen bij waren, dus wat dat betreft kan daar geen misver
stand over zijn. We hebben dus ook niets tegen de personen als zodanig. We
hadden met name in de commissie a.b.z. om praktische redenen graag een
fractievoorzitter willen hebben. Het kan eventueel nu voor Gemeentebelangen
Groen Soest een probleem gaan worden als er toch -zoals nog wel eens
gebruikelijk is- na a.b.z. nog even met elkaar overlegd moet worden. Op dat
moment ontbreekt dan de fractievoorzitter van Gemeentebelangen Groen Soest
en zij missen dan informatie. Dat vinden wij dus jammer, wij denken dat het
goed is dat iedere fractie geïnformeerd wordt over dat soort punten, maar
het zij zo.
VOORZITTER: Dan gaan wij over tot schriftelijke stemming. Zoals gebruike
lijk krijgt u voorbedrukte stembriefjes. Als u blanco wilt stemmen, dan
streept u de naam door waar u vindt dat dat moet gebeuren. Vindt u dat er
op die plaats iemand anders benoemd moet worden, dan streept u de gedrukte
naam door en vult daar de naam van uw keuze in. Mag ik vragen of de heer
Zwaanenburg en mevrouw Van Eek zitting willen nemen in het stembureau?
VOORZITTER: Ik kan u de uitslag van de schriftelijke stemming meedelen. Ik
doe dat in de volgorde zoals in het raadsvoorstel staat. In totaal zijn er
24 geldige stemmen uitgebracht.
Bij punt 1, lid van de commissie voor milieu-aangelegenheden en onderwijs,
is benoemd met 24 stemmen de heer G.L. van den Deijssel.
Ten aanzien van punt 2, lid van de commissie voor georganiseerd overleg in
ambtenarenzaken, is de heer H.L. Witte benoemd met 24 stemmen.