12 oktober 1992 - 46 - het zo geweldig vaag vinden. Ik vond de roep toen al vaag, maar ik vind de inhoud van het fonds ook nog zo vaag. Dus misschien kan het gewoon even verduidelijkt worden. Wethouder KINGMA: Nee hoor, zo hoort het ook. Het moet gewoon in de praktijk blijken. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Dan moet u het afschaffen. Het emancipatiebeleid. Ik kreeg de indruk dat u veronderstelde dat ik het negatief bedoelde ten aanzien van de subsidie ten aanzien van de instel lingen. Dat bedoelde ik niet. Ik bedoel alleen dat het voldoende serieus is, dat het vrijwel geen aandacht krijgt op dit moment, opvallend weinig aandacht in de raad krijgt. Ik vind het belangrijk dat we kijken of het nog wel voldoet, of het op dit moment zó functioneert dat we het belangrijk vinden. Het gaat me er dus niet om om van iets af te komen. Misschien hebt u het zo niet begrepen, ik kreeg die indruk. Ik sprak in mijn stuk over de integratie van welzijnsinstellingen. Ik bedoelde daarmee ook de federatievorming, waar al een tijd over gesproken is. Intregratie en federatie staan in dit geval heel dicht bij elkaar, maar goed, u deed alsof uw neus bloedde toen u het las en er ten aanzien van mij op reageerde. Ik bedoelde dus de federatievorming, waar sprake van is geweest, waarvan u schrijft in een stuk dat dat op dit moment op een dood spoor staat. Dat is ook even aan de orde geweest en ik stel u daar de vraag over: is dat misschien terecht dat het op een dood spoor staat, zouden we misschien daar niet in kunnen volgen. Men is even enthousiast geweest, nu staat het op een dood spoor, misschien is het wel niet zo geweldig ideaal om daarin door te denken Kinderopvang is een zaak waar niet zo simpel met u over te spreken is. Ouderenbeleid, er staat in uw stuk: "Overigens menen wij dat mede door de activiteiten van de commissie ouderenbeleid en de ouderenbonden gesproken kan worden van een toenemende deelname van ouderen aan het maatschappelijk proces en ook aan het openbare leven. Dat maakt de vraag actueel hoe langer aanleiding blijft om deze doelgroep als een bijzondere categorie te blijven benaderen." Ik schrijf daar iets anders over en ook daar reageert u op alsof uw neus bloedt, alsof u niet weet waar ik het over heb. Mevrouw Swinkels sprak even over de identiteit van het openbaar onderwijs. U leest voor wat een stuk van de wet daarover zegt. Ik vroeg u: toetst u het ook? Dan gaat het mij om het openbaar karakter. Wethouder SWINKELSDaar heb ik u op geantwoord. Het college toetst de schoolwerkplannen, ook de inspectie. Dat betekent dus dat in de schoolwerk plannen de identiteit van de scholen bevestigd of beschreven wordt en dat wij dat controleren. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Uitstekend, dank u. Een andere vraag waar ik een niet duidelijk antwoord op gekregen heb, de chemische onkruidbestrijding. Wij hebben de zaak omgezet naar een vorm met borstels en ik heb daar helemaal achter gestaan, terecht. Eén ding is mij niet helemaal duidelijk geworden. Toen de WD niet lang geleden met de gedachtengang kwam dat het wel eens zou kunnen dat er door het borstelen zware metalen en andere zaken in de grond komen, dat het milieu neveneffect van het borstelen ongunstig is, heb ik u gevraagd: staat u open voor het feit dat er wellicht chemische bestrijdingsmiddelen zijn die dusdanig goed afbreekbaar zijn dat ze misschien minder schade veroorzaken dan deze methode? Bent u bereid om daarnaar te kijken en die serieus te nemen? Wethouder SWINKELSMag ik u mijn antwoord even in herinnering roepen? Er was toen grote hilariteit over foto's en toen had u ook wat te kijken en te lachten. Het bestaande beleid zal met open oog voor alle ontwikkelingen op deze terreinen worden voortgezet, mogelijk bij de bevolking gestimuleerd. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Uitstekend, dat is mij gewoon voorbijgegaan, dat klopt Burgemeester, dank u wel voor uw uiteenzetting ten aanzien van opleiding en personeel. Het verhaaltje dat in uw antwoorden op vragen stond, was mij niet helemaal duidelijk. Daarin werd de suggestie gegeven dat de derde groep die

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1992 | | pagina 289