- 26 -
ichter de
altijd
Le kritiek
len en met
in hebben
termijn
Ik wacht wel
over en
ad,
erg af of
s wanneer ze
moeten
n, terwijl
et bepalen,
ten te
duidelijk
'aar niet op
irwijl je
laaktWe
volkshuis-
met deze
in onze
krijgt, ik
irdering
ïigenlijk een
jk de vraag
du toch heel
Wij vrezen
ïen komen. We
ierslaan
at er nadere
eerd om maar
der geval eer,
toch iets
an bedoel ik
wanneer de
or een
t er niets
eens flink
t zo
oort stempel
,ing wordt
toch een
j menen dat
,t te maken oi
fij zouden
rken.
zaken kan ik
.ijk is om in
;er zou zijn
iterste
at ons
a fracties,
merken dat d
Smitsveen ho
oracht
e dienen. Wij
zinvol is om
tijdrovend
tipje van de
s wij in
weest om mee
23 januari 1992 - 27 -
te gaan in 450 woningen. Ik heb begrepen dat dat in de ogen van de andere
fracties een veel te gering aantal is. Daarom denk ik dat het op dit moment
weinig zinvol is om dat in stemming te brengen. Ik heb ook begrepen uit de
eerste termijn van de meeste fracties dat men de Richelleweg een goede optie
vindtDaar hadden wij graag een amendement ingediend om daar toch
beperkingen aan te stellen om niet te ver naar het oosten toe te gaan, zodat
we in een al te groot stuk van het heidegebied daar moeten souperen. Maar wij
menen dat we daar in een latere instantie, bij de verfijning van de plannen
in de uitwerking nog genoeg mogelijkheden zullen hebben om dat soort details
aan te dragen en met andere partijen over te discussiëren.
Ik wil het hierbij laten voor dit moment.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, ik heb twee vragen gesteld en daar
heb ik geen antwoord op gekregen. Ik zal ze even herhalen. Dat was de vraag
of u nog eens kunt uitleggen hoe de relatie ligt tussen de ruimtelijke
grenzen van Soest en de besluitvormingspunten II en III, dat is dus de
kwestie Soesterberg. Verder heb ik gevraagd op welke termijn u gaat praten
met het gemeentebestuur van Zeist en wanneer wij uw reactie daarop vernemen.
Dat zijn twee onbeantwoorde vragen.
Wat betreft het industrieterrein heb ik gezegd dat wij akkoord kunnen gaan
met uw voorstel. Dat betekent dus: ten oosten van. Inderdaad, er moet nader
over gesproken worden in de commissie waar dan de grenzen komen te liggen.
Als we praten over Soesterberg-noord, dan denken wij dat daar nog voldoende
ruimte zou zijn als u zover wilt gaan om daar een totaal industriegebied te
maken. De heer Menne moet er nog maar eens gaan kijken, er staan nog aardig
wat woningen, mijnheer Menne en ik denk dat u er heel blij mee zou zijn als
industrieterrein. Dus wat dat betreft denk ik dat het duidelijk moet zijn:
ten oosten van de Richelleweg beperkt en industrieterrein op Soesterberg-
noord.
Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, ik heb geen antwoord gekregen op mijn
vraag wat betreft het besluit dat we gaan nemen, punt c. We spreken bij punt
b. onze voorkeur uit voor een bepaald aantal woningen per jaar. Dan staat er
in c. dat we dit bepalen en iedere vijf jaar zullen toetsen te beginnen in
1998. Dan zal worden bezien of er aanleiding is de geplande omvang van de
woningvoorraad in de daarop volgende vijfjaarlijkse periode bij te stellen.
Dus het is dan ook mogelijk dat we minder woningen nodig hebben. Of meer.
Maar consolidatie van het inwonertal zal dan als criterium gelden, op het
peil van 1 januari 1991, met als ondergrens 4 0.000 inwoners. Zeggen wij, als
we hier ja tegen zeggen, dat het peil van 1 januari 1991 dus de bovengrens
is? Daar heb ik geen antwoord op gekregen.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, misschien is het handig als ik aansluit bij
het laatste wat mevrouw Tomassen gezegd heeft. Inderdaad hebben wij ook zo
het raadsstuk gelezen. Het staat er heel duidelijk: consolideren op 1-1-1992
wat de aantallen betreft bij de vijfjaarlijkse evaluatie, met een ondergrens
van 40.000. Dan heb je daar het globale tolerantiegebied mee vastgelegd. Ik
vond inderdaad het antwoord van de wethouder daarop ook onduidelijk.
Aansluitend daarop eerst even een reactie naar Gemeentebelangen Groen Soest,
dat inderdaad nul eindig is. Maar ik moet constateren dat 1500 en 450 precies
even eindig zijn als nul. Alleen ligt de eindigheid op een ander niveau.
Wat betreft de volkshuisvesting en de doorstroming, denk ik dat het
belangrijk is om te constateren dat er in 1974 400 huizen per jaar werden
gebouwd en op het ogenblik liggen we in de buurt van de 150 per jaar. We gaan
naar een geringer aantal toe, dat is niet alleen een kwestie van ombuigen van
de aantallen, maar sinds midden 1975 tot nu toe is Soest ruwweg qua
inwoneraantal geconsolideerd op een inwoneraantal dat we nu hebben. Dat
betekent dat het gewoon zo is en dat we steeds minder woningen nodig hebben
om op een constant aantal te blijven. Dat betekent dat de doorstroming steeds
meer effect gaat hebben als je daarvoor kunt zorgen en dat je minder behoefte
krijgt, ondanks het afnemen van het aantal woningen dat dan nog gebouwd
wordt, om mensen naar de Flevopolder te sturen. Alhoewel ook dat natuurlijk
vandaag de dag al geldt, want er is gewoon een grens aan het aantal mensen
dat hier kan wonen. Maar als we dat aantal consolideren, dan blijft dat zo,
dan verandert er in dat opzicht niets en gebeurt er op den duur niet iets
dramatisch als we niet meer verder bouwen. Ik denk dat we inderdaad met die