19 november 1992
- 19
duidelijk heeft gezegd dat het gebouwtje dus eigendom is van de ijs-
vereniging. Zij wisten dat zelf nog niet, ze gingen er wel van uit als
vanzelfsprekend of: dat moet wel, want dit is zo raar wat de gemeente gedaan
heeft. Maar het is goed het nu hardop gezegd is en dat het ook genotuleerd
wordt en dat het daarmee denk ik ook vaststaat, want dan is voor hen ook weer
duidelijk wat hun situatie is. Weten wat je eigendom is, is niet
onbelangrijk.
Ik ben blij dat u een zekere motivatie hebt gelegd onder de prijsbepaling,
waardoor in ieder geval iets meer duidelijk is geworden. U relateert de prijs
voor de ijsvereniging niet langer aan het feit dat het een stukje boerenland
is en op dat niveau verhuurd wordt. Het wordt als sportgebied verhuurd. Dan
nog zou ik graag willen dat die prijs verduidelijkt wordt. Waar komt die nou
vandaan? Want bij sportterreinen bepalen we een prijs die een relatie heeft
tot wat er gebeurt, wat de gemeente investeert, wat we ermee moeten.
Uiteindelijk is dit gewoon een stuk agrarisch land waar wij niet meer in
investeren. Ik heb begrepen dat we ook alles van ons geworpen hebben wat wij
er nog aan zouden kunnen doen door het bij de ander neer te leggen. In die
zin zou ik toch iets meer verduidelijkt willen hebben waar deze relatie met
sportgebied vandaan komt. Ik zou me kunnen voorstellen dat er dan ook
verwacht wordt dat er een zekere investering in die richting van onze kant
zou zijn. Anders is die relatie met sportterreinen misschien wat vreemd. Zou
u dat nog kunnen verduidelijken, dan weet ik hoe ik mijn stemgedrag kan
bepalen
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, ik had nog een heleboel vragen
opgeschreven. Maar ik durf ze niet te stellen, omdat het antwoord dat ik
krijg van het college het er niks duidelijker op maakt. Daarom stop ik.
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, het is mij inderdaad ook niet duidelijker
geworden. Eerlijk gezegd ben ik zo geschrokken van het antwoord van het
college, dat ik schorsing zou willen vragen om even te overleggen.
VOORZITTER: Ik schors de vergadering.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering en geef het woord aan degene die de
schorsing heeft gevraagd, mevrouw Blommers.
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, soms zijn er kleine dingen in de raad aan
de orde, althans, klein als het gaat over de financiële omvang, die toch heel
principieel zijn. We hebben al aangegeven hoe teleurgesteld we waren over de
wijze van beantwoording door de wethouder. We willen dat onderstrepen door
een motie van teleurstelling in te dienen. Ik zal het voorlezen, want ik ben
natuurlijk niet in staat geweest om het uit te tikken en te verspreiden.
De raad van de gemeente Soest, in vergadering bijeen, spreekt haar
teleurstelling uit over de wijze waarop het college een gevestigd
initiatief van Soester burgers heeft tegenwerkt en tijdens de
behandeling in de raad, in plaats van de rechtstreekse verantwoorde
lijkheid voor het gevoerde beleid op zich te nemen, de politieke
verantwoordelijkheid tracht te ontlopen, en gaat over tot de orde van de
dag.
Ik dien deze motie in mede namens de fracties van D66, de Partij van de
Arbeid, Gemeentebelangen Groen Soest en de WD.
VOORZITTER: Normaal lees ik een motie of amendement voor, maar het feit dat
mevrouw Blommers dit al heeft voorgelezen, neem ik aan dat voldoende is.
Wenst iemand in tweede termijn -want daar waren we mee bezig- het woord nog,
mede naar aanleiding van de motie?
Heer VERHEUS (CDA)Reagerend op de motie, mijnheer de voorzitter, zal het
duidelijk zijn dat wij deze motie dus niet zullen steunen. Ik denk ook dat
het misschien -ik weet niet hoe het college er zelf over denkt- van de kant
van het college verstandiger geweest zou zijn -maar dat is allemaal achteraf
natuurlijk- om, gelet op het initiatiefvoorstel dat er al lag, het gewoon
over te nemen. Dat is niet gebeurd. Wij zullen dus alleen al omdat het