8 juli 1993 - 3 - termijn en dan is het afgelopen. Mevrouw BLOMMERS (WD) Nou, het is altijd maar goed om het even te vragen in deze gemeente. Ik moet u zeggen dat de antwoorden tot nog toe onze fractie inderdaad niet overtuigen. Er blijven veel te veel zaken open. Ik zou daar wel graag even over willen overleggen. Ik zou schorsing willen. VOORZITTER: Dan schors ik de vergadering. VOORZITTERIk heropen de vergadering na de schorsing en geef het woord aan degene die schorsing heeft gevraagd. Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, gezien het belang van een juiste beantwoording van de vragen, zou ik u willen verzoeken aan de raad voor te stellen dat wij deze zaak in totaal in drie termijnen kunnen bespreken. VOORZITTER: Dat is een voorstel van orde. Mag ik even per fractievoorzitter informeren of u dit voorstel ondersteunt? Heer VERHEUS (CDA)Akkoord, voorzitter. VOORZITTERMijnheer Meilof? Akkoord. Mijnheer Jansen? Akkoord. Mevrouw Tomassen? Akkoord. Mijnheer Boerkoel? Akkoord. Mijnheer Witte? Akkoord. Dan is dit ordevoorstel aanvaard en dan lassen wij dus een derde termijn in. Dat betekent dat ik eerst de tweede termijn nu afmaak. Ik heb een aantal raads leden het woord gegeven. Is er iemand die nog in tweede termijn het woord wenst, voordat ik de wethouder het woord geef? Niemand, dan is het woord in tweede termijn aan wethouder Swinkels. Wethouder SWINKELSVoorzitter, ik denk dat ik eerst overga tot het uitleggen van datgene wat de heer Boerkoel, de heer Verheus en de heer Van Wuijckhuijse gezegd en gevraagd hebben. Dan begin ik even met de vraag van de heer Boerkoel, die het heeft over een bijdrage van het rijk. Mijnheer Boerkoel, ik denk dat u met die bijdrage van het rijk waarschijnlijk de infrastructuur bedoelt, want het rijk geeft geen exploitatiebijdrage in het reizigers- vervoer, maar wel geeft het rijk -via de vervoerregio, overigens, dat is inmiddels bekend geworden- een forse subsidie op de infrastructuur. Die aanvraag is met rijkswaterstaat in orde gemaakt en gaat deze maand uit. Het antwoord verwacht ik ongeveer in september. We hebben bij de hoofdinspecteur in het Utrechtse erop aangedrongen snel antwoord te geven en hij zei dat hij het plan alleszins de moeite waard vond om dat met voorrang te behandelen. Dusik hoop dat dat goed komt Heer BOERKOEL (PvdA)Mag ik bij interruptie vragen, mijnheer de voorzitter, of het college de indruk heeft dat het ook positief beantwoord wordt? Want voor mij is het totaal van de bus één project. Als er geen bus zou zijn, zouden we die infrastructurele maatregelen niet hoeven te nemen. Vandaar dat ik niet gevraagd heb, specifiek, krijgen we het op de bus, of krijgen we het waar dan ook op? Nee, het is één project. Wethouder SWINKELSIk kom daar zo even op terug. De heer Verheus zegt: wat gebeurt er nu als die wederzijdse inspanningen wellicht niet opleveren wat we ervan verwachten, want u begrijpt, wij willen ons houden aan wat er afgesproken is op 14 oktober en dat is die 200.000,= per jaar. Het is zo dat het heel moeilijk in te schatten is op dit moment hoe het gaat met de aantallen reizigers. Zoals ook beschreven in het raadsvoor stel van 14 oktober, is het afhankelijk van het aantal reizigers uiteindelijk, wat het de gemeente en wat het Centraal Nederland kost. Dat is ook het punt waarover we dus nog geen overeenstemming hebben en waarover we in augustus dus een volgend gesprek moeten voeren. Het is wel zo, dat wil ik nog eens benadrukken, dat er een juridische binding is, want intentioneel zijn we tot overeenstemming gekomen en de bussen zijn ook gaan rijden. Dat betekent alleen dat we het onderdeel wat betreft de financiële afwikkeling van het te verwachten reizigersaantal nog verder uit moeten diepen. Dan de heer Van Wuijckhuijse. Eigenlijk heb ik u dan ook min of meer beantwoord, want u vraagt: wat denkt u dan dat we moeten gaan uitgeven? Nou,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1993 | | pagina 136